6 december 2018

Deze week zijn de Radboud Institutes for Health Sciences en Molecular Life Sciences beoordeeld door een externe visitatiecommissie als onderdeel van het Standaard Evaluation Protocol (SEP), het systeem van de KNAW, NWO en VSNU om de kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek te meten. De commissie waardeerde de hoge kwaliteit en impact van het Nijmeegse onderzoek. Maar er zijn ook verbeterpunten. Zo zijn er nog te weinig vrouwen in de wetenschappelijke top en kan er meer energie gestoken worden in het werven van internationale wetenschappers. Eind februari 2019 volgt het definitieve oordeel van de commissie.

Op 3 en 4 december bezocht een 17-koppige evaluatiecommissie van internationale, gerenommeerde wetenschappers de Radboud Institutes for Health Sciences en Molecular Life Sciences. Ze keken kritisch naar de onderzoeksthema’s en wetenschappelijke resultaten in de periode van 2012 tot 2017.Het bezoek was voor ons een fascinerende en ook leerzame ervaring. Aan het eind van het bezoek maakt de voorzitter van de commissie André Knottnerus, hoogleraar huisartsgeneeskunde en oud-voorzitter van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, de voorlopige uitslag bekend: “Het bezoek was voor ons een fascinerende en ook leerzame ervaring. We zijn onder de indruk van de onderzoeksomgeving, de resultaten en de impact ervan, met onderzoeksgroepen die zich kunnen meten met de wereldtop. Ook de openheid van de onderzoekers, die durven aan te geven wat er goed gaat, maar ook wat beter kan en wat er zorgen baart, vinden we bijzonder.”

Andere sterke punten waren volgens de commissie het excellente PhD-programma, het werkklimaat binnen het Radboudumc en de patiëntgerichtheid van een aantal onderzoeksthema’s.  De commissie geeft aan vertrouwen te hebben in de toekomst: het leiderschap binnen de instituten en het Radboudumc-bestuur, de inrichting van het onderzoek op thema’s, en de combinatie van het moleculaire perspectief met het populatieperspectief zorgen daarvoor.

Aandachtspunten

Uiteraard geeft de commissie ook aandachtspunten mee, onder meer op het gebied van diversiteit. “We zien nog te weinig vrouwen in de wetenschappelijke top,” aldus Knottnerus. “Ook kan er meer energie gestoken worden in de werving van internationale wetenschappers, draag je kwaliteit en het werkklimaat nog meer uit.” De commissie adviseert om (jonge) wetenschappers nog meer te betrekken in beleidskeuzes. “Jullie zijn al persoonsgericht in je strategie, maak je beleidsvorming nu ook onderzoekergericht.” 
 
Ook in het PhD-programma liggen volgens de commissie nog punten ter verbetering, met name voor de begeleiders en promotoren.  Daarnaast adviseert de commissie om de brug tussen wetenschap en patiëntenzorg nog verder uit te bouwen, en om een externe adviesraad op te richten voor het wetenschappelijk onderzoek.
 
“We zijn dankbaar voor de constructieve feedback van de commissie en nemen deze ter harte. Hoewel een dergelijke evaluatie veel werk kost en soms zelfs bureaucratisch lijkt, helpt het ons ook om te reflecteren op wat we doen, en dat is zeer waardevol,” zei Rector Magnificus Han van Krieken in zijn eerste reactie op de beoordelingen.

Meer nieuws


Betere biomarkers nodig voor CAA Kwart 55plussers heeft CAA maar diagnose is moeilijk vast te stellen

18 april 2024

Ongeveer een kwart van de 55plussers heeft de aandoening, blijkt uit promotieonderzoek van Anna de Kort aan het Radboudumc. Betere biomarkers zijn nodig voor een snellere en goede diagnose.

lees meer
  • Medewerkers
  • Intranet