Warme maaltijd

U kunt de warme maaltijd koken zoals u gewend bent. Mix, snijd of stamp de maaltijdonderdelen fijn. Voeg eventueel extra melk, (dieet)margarine, jus of saus toe.

Soep

U kunt heldere of gebonden soep gebruiken. Voorbeelden van een gebonden soep zijn peulvruchtensoep, zoals erwtensoep, maar ook roomsoepen zijn geschikt. Kook toegevoegde groentes mee totdat deze zacht zijn. Verwijder soepvlees en balletjes of hak ze goed fijn. Bouillon bevat behalve vocht en zout maar weinig voedingswaarde. Ook al is het van vlees getrokken en gevuld met verse groenten. Een beetje bouillon kan wel de eetlust opwekken.

Vlees

Bak vlees, vis en kip niet te hard aan. Door het langzaam te braden, stoven, koken of pocheren blijft het zacht van structuur. Vettere vleessoorten zoals worst, gehakt en slavink zijn gemakkelijker fijn te maken dan magere soorten. Gebruik bij het fijnmalen van vlees een royale hoeveelheid jus. Naast vlees, vis en kip zijn ook vegetarische vleesvervangers als peulvruchten, gesmolten kaas, ei, tahoe, Valless®, Quorn® en Tivall® geschikt om te gebruiken. Denk hierbij ook aan een omelet en roerei of ragout.

Groente

Als u de groente goed gaar kookt of als de groente van nature een zachte structuur heeft, hoeft u deze niet te malen. Harde groenten en groenten met harde vezels zoals asperges, boerenkool, draderige snijbonen, bleekselderij, tuinbonen en zuurkool kunt u fijnsnijden of malen in een keukenmachine. Na het fijnmalen kunt u de groente eventueel binden met allesbinder, bloem of maïzena. U kunt ook gebruik maken van groente a la crème of een kant en klare groentesaus.

Aardappelen/pasta /rijst

Kook de aardappelen goed gaar en maak er puree van met behulp van een aardappelstamper. Voeg melk, jus, bouillon of een saus toe. Rijst en pasta zijn minder geschikt om fijn te malen, omdat ze dan ‘lijmerig’ worden. U kunt dessertrijst en pasta wel goed gaar en zacht koken. Neem deze rijst of pasta met een royale hoeveelheid saus.

Over gemalen en zachte voeding

Gemalen voeding is een gewone voeding die gemalen of fijn gesneden is en geen harde stukjes bevat. De maaltijden zijn zelf te bereiden, maar u kunt ook gebruik maken van kant en klaar producten. lees meer

Over gemalen en zachte voeding

Gemalen voeding is een gewone voeding die gemalen of fijn gesneden is en geen harde stukjes bevat. De maaltijden zijn zelf te bereiden, maar u kunt ook gebruik maken van kant en klaar producten.

Wat is gemalen voeding?

Door uw ziekte of door de behandeling kan het noodzakelijk zijn dat u (tijdelijk) een gemalen/zachte voeding gebruikt. Moeite met kauwen en slikken, een probleem met de passage van voedsel kunnen redenen zijn over te gaan op een gemalen voeding. Gemalen voeding is een gewone voeding die gemalen of fijn gesneden is en geen harde stukjes bevat. U kunt deze voeding met een lepel eten. Een gemalen voeding moet voldoende voedingsstoffen en energie (calorieën) bevatten. Met wat extra aandacht voor het kiezen en voor het bereiden van uw voeding hoeft dat geen probleem te zijn.

Wat is een zachte voeding?

Zachte voeding is een gewone voeding die gemakkelijk te kauwen en door te slikken moet zijn.

Dagelijkse aanbevolen hoeveelheden

Dranken (inclusief melk): 1,5 tot 2 liter
Melk(producten): 3 - 5 glazen
Vlees(waren), vis, kip, eieren, vleesvervangers: 100 - 125 gram
Groente: 3 - 4 opscheplepels (150 - 200 gram)
Fruit: 2 stuks (200 gram)
Brood: 4 - 7 sneetjes
Aardappelen, rijst, pasta, peulvruchten: 3 - 5 aardappelen/opscheplepels (150 - 250 gram)
Bak- en braadproducten: 1 eetlepel

Apparatuur

De maaltijden zijn zelf te bereiden, maar u kunt ook gebruik maken van kant en klaar producten. Als u een langere periode gemalen voeding moet gebruiken, is het handig om keukenapparatuur aan te schaffen. Bij de bereiding van gemalen gerechten kunnen verschillende apparaten van dienst zijn:
  • staafmixer met hakmolentje
  • keukenmachine
  • blender
  • aardappelstamper
  • scherp keukenmes

Voedings- en bereidings­adviezen

Hier vindt u adviezen over het bereiden van maaltijden. Ook geven we tips over bepaalde producten die u kunt nemen.
  • Brood kunt u vervangen door pap, vla, yoghurt, kwark, drinkontbijt of soep.

    lees meer


    Broodmaaltijden

    Brood kunt u vervangen door pap, vla, yoghurt, kwark, drinkontbijt of soep. Voor de variatie kunt u gebruik maken van de volgende (kant en klare) papsoorten:
    • Granenpap zoals havermout, rijst, gort, griesmeel of boekweit. Deze papsoorten leveren meer vitamines, mineralen en vezels dan vla, yoghurt en papsoorten van fijne meelsoorten.
    • Pap van fijne meelsoorten: rijstebloempap, vanillepap, custardpap, roompap of maïzenapap.
    • Pap van brood of beschuit.
    Het gebruik van volle melk en melkproducten is aan te raden omdat deze meer energie (calorieën) bevatten dan halfvolle of magere soorten. Ook kunt u de pap energierijker maken door toevoeging van bijvoorbeeld ongeklopte room, boter, (dieet)margarine, suiker of siroop. Als het lukt, kunt u ook brood zonder korst, krentenbrood, wentelteefjes, een pannenkoek, rozijnenbrood of een zacht bolletje eten. Het brood kunt u besmeren met margarine of roomboter en beleggen met kaas, vleeswaren of zoet beleg. Sommige mensen hebben moeite met taaie soorten vleeswaren of een plak kaas. Smeerworst, filet américain, ossenworst, smeerkaas of salades zoals eiersalade en tonijnsalade zijn goede alternatieven.

  • Nagerechten

    Neem bij een vol gevoel het nagerecht een half uur na de warme maaltijd. Kies voor producten zoals:
    • volle - of boerenyoghurt eventueel met suiker, jam, honing, chocoladesaus, stukjes cake of siroop
    • volle vla
    • pap
    • volle kwark met suiker en eventueel fruit
    • pudding of (chocolade)mousse
    • (room)ijs met slagroom en saus
    • appelmoes, vruchtenmoes eventueel met een toefje slagroom of zure room

  • Dranken

    Alle dranken zijn toegestaan. Enkele voorbeelden zijn:
    • melk, chocolademelk, anijsmelk, melk met oploskoffie, karnemelk eventueel met vruchtensap
    • milkshake (kant en klaar of zelfgemaakt van melk, ijs en fruit of vruchtensap)
    • vruchtensappen
    • groentesappen
    • frisdrank of limonade
    • thee en koffie
    • alcoholische dranken in overleg met uw arts

    Fruit en vruchtensap

    Gebruik rijp/zacht fruit zonder velletjes en pitjes of gebruik vruchten uit blik. Pureer of snijd het fruit fijn, voeg eventueel nog vruchtensap, suiker, melk, yoghurt of ongeklopte room toe. In de winkel zijn ook kant en klare vruchtenmoes of vruchtensap verkrijgbaar. Ook kunt u gebruik maken van de fruithapjes voor kinderen vanaf 8 maanden. Als hartige variatie kunt u groentesap, wortelsap, tomatensap of bietensap gebruiken.

  • Tussendoortjes

    Zoete tussendoortjes

    • cake of kruidkoek
    • zachte koek (mergpijpje, ontbijtkoek, eierkoek, kleuterbiscuit, lange vinger of gevulde koek). Harde koekjes kunt u zacht maken door ze in een drank te dopen
    • zacht gebak (slagroom-, mokka- en kwarkgebak, een soesje, roombroodje of moorkop)
    • zacht fruit
    • (room)ijs 

    Hartige tussendoortjes

    • stukje paté, roomkaas of smeerkaas, eventueel op een zacht stukje brood
    • zacht gekookt ei
    • haring, makreel, paling of tonijn, eventueel uit blik en op een zacht stukje brood
    • een ‘slaatje’, ragout, filet américan of tartaar
    • een snack (frikadel, knakworst, hotdog, saté, de vulling van een kroket)
    • gebakken vis (lekkerbekje, schol of kibbeling) met saus zonder krokante korst

Aandachts­punten

Het is belangrijk om 4 keer per dag uw tanden te poetsen. Daarnaast kan het zijn dat u gebruik moet maken van dieetpreparaten als ‘gewone’ gemalen voeding teveel is. Raadpleeg uw diëtist als u onbedoeld gewicht blijft verliezen.
  • Een groot aantal eetmomenten vergroot de kans op gaatjes in uw gebit.

    lees meer


    Gebitsverzorging

    Zorg ervoor dat u per dag niet meer dan 7 eet- of drinkmomenten heeft. Een groot aantal eetmomenten vergroot de kans op gaatjes in uw gebit. Daarnaast is het belangrijk om 4 keer per dag uw tanden te poetsen. Na elke hoofdmaaltijd en voor het slapen gaan. Als u een tussendoortje gebruikt, is het verstandig uw mond na te spoelen met wat water.
     

  • Dieetpreparaten

    In eerste instantie probeert de diëtist om uw voeding met behulp van ‘gewone’ gemalen/zachte voedingsmiddelen aan te passen. Het kan dat deze voeding voor u teveel of te zwaar is. Als dit het geval is, kunt u gebruik maken van dieetpreparaten. Dit zijn producten die in een kleine hoeveelheid veel energie en eiwit leveren. Sommige preparaten bevatten ook vitamines en mineralen. In overleg met uw diëtist kunt u bespreken welke dieetpreparaten voor u het meest geschikt zijn. Ook overlegt u in welke hoeveelheden u die moet gebruiken.

  • Lichaamsgewicht

    Het is niet verontrustend als u bij het overgaan op een gemalen voeding 1 tot 2 kilo afvalt. Raadpleeg uw diëtist als u ondanks het samenstellen van een gemalen energierijke voeding onbedoeld gewicht blijft verliezen. De volgende adviezen kunnen u helpen om voldoende energie te gebruiken:
    • Gebruik 3 hoofdmaaltijden.
    • Gebruik tussendoortjes.
    • Eet iets in de loop van de avond / voor het naar bed gaan.
    • Varieer in keuze, smaak, temperatuur en kleur.
    • Neem de tijd om iets te eten of te drinken.
    • Eet in een rustige omgeving.
    • Besmeer uw boterham dik met dieetmargarine en gebruik dubbel beleg.
    • Gebruik volle melkproducten zoals volle melk, volle vla, volle koffiemelk, volle yoghurt, Griekse yoghurt en roomkwark. Maak pap van volle melk.
    • Voeg extra suiker en eventueel ongeklopte room toe aan (warme) dranken en desserts.
    • Gebruik bij de bereiding van de warme maaltijd extra boter en / of olie.
    • Kies vaker voor hartige sausen zoals mayonaise, ketchup, cocktailsaus, bechamelsaus of kaassaus bij de warme maaltijd.
    Mocht u nog geen begeleiding ontvangen van een diëtist, dan kan uw (huis)arts een verwijsbrief schrijven.
  • Medewerkers
  • Intranet