Nieuws Marc Vervloet benoemd tot hoogleraar Nierziekten

1 december 2023

Nefroloog Marc Vervloet is benoemd tot hoogleraar Nierziekten aan het Radboudumc / de Radboud Universiteit. Zijn aanstelling volgt op zijn benoeming tot hoofd van de afdeling Nierziekten van het Radboudumc. Binnen zijn onderzoekslijn focust hij op de gevolgen van chronische nierschade, in het bijzonder op het verhoogde risico op hart- en vaatziekten. 

Maar liefst 1,3 miljoen Nederlanders heeft een vorm van nierschade. Hun nieren werken niet meer optimaal, als gevolg van bijvoorbeeld ouderdom of een ongezonde leefstijl. Vaak merken mensen lang niets van deze chronische nierschade. Pas als de nierfunctie minder dan 30% is, ontstaan duidelijke klachten. We kennen onze nieren vooral als de organen die afvalstoffen uit ons bloed filteren, en uitscheiden via de urine. Maar daarnaast spelen ze een belangrijke rol in de hormoonhuishouding en zorgen ze voor een goede zoutbalans in ons lichaam. Ook regelen ze, samen met het hart, onze bloeddruk.

Chronische nierschade, ook als er geen dialyse of niertransplantatie nodig is, is niet onschuldig. Het leidt namelijk tot een verhoogd risico op hart- en vaatziekten Dat is iets dat veel mensen zich niet realiseren, vertelt hoogleraar Nierziekten Marc Vervloet. Bij chronische nierschade gaat die afvalverwerking niet goed. ‘Er blijven te veel afvalstoffen in het bloed zitten, en het hart pompt die afvalstoffen rond. In plaats van chronische nierschade, kunnen we ook spreken over chronische bloedvergiftiging, want dat is feitelijk wat er aan de hand is’, aldus Vervloet. Die nierschade leidt tot verkalking van de bloedvaten, en veroorzaakt daarmee een verhoogd risico op bijvoorbeeld hartfalen.

Chronische nierschade is aan de hand van een buisje bloed en potje urine makkelijk vast te stellen. Als de nierfunctie minder dan 60% is, of indien er te veel eiwit in de urine aanwezig is, spreken we van nierschade en is er een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Vervloet: ‘Eigenlijk is chronische nierschade net zo'n risicofactor voor hart- en vaatziekten als bijvoorbeeld overgewicht en roken. Alleen is het onzichtbaar, we moeten ons hier bewuster van worden. Gelukkig nemen cardiologen een beoordeling van de nierfunctie tegenwoordig vaker mee in hun controles.’

De rol van hormonen bij hart- en vaatziekten

De vraag is welke elementen van chronische nierschade leiden tot dit verhoogde risico. Daar doet Vervloet al jarenlang onderzoek naar, zowel in het lab als in patiënten. Zijn onderzoek heeft zich met name gericht op het mechanisme waarin veranderingen in de verwerking van mineralen zoals calcium en fosfaat leiden tot een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Vervloet: ‘We vonden in dierexperimenten dat als de nieren fosfaat niet goed verwerken, een bepaald hormoon, FGF23, enorm stijgt. Precies dat hormoon, dat het meest stijgt bij nierschade. Het leidt direct tot een verminderde hartfunctie. Het is één van de moleculaire mechanismen die kunnen verklaren waarom een verminderde nierfunctie kan leiden tot hart- en vaatziekten, en biedt dan ook aanknopingspunten voor nieuwe behandelingen.’

Een andere recente studie van Vervloet liet zien dat een medicijn tegen diabetes, een zogeheten SGLT2-remmer, een mindere werking van de hartspier tegengaat in het geval van chronische nierschade. ‘We leren steeds meer over de relatie tussen chronische nierschade en het verhoogde risico op hart- en vaatziekten. De behandeling nu is vaak gericht op bloeddrukverlaging en cholesterolremmers, maar onder andere deze vondsten bieden kansen voor nieuwe therapieën, die zelfs al worden geïmplementeerd’, aldus Vervloet. 

Waardegedreven zorg

Daarnaast is aandacht voor en management van de symptomen bij chronische nierschade een belangrijke pijler voor Vervloet. Door vragenlijsten met pijnscores krijgen we niet altijd boven tafel wat er voor mensen echt toe doet, stelt hij. ‘Zo had ik een patiënt die aangaf een beetje last van haar enkel te hebben. Maar wat bleek nu? Hoewel de pijn meeviel, belemmerde haar dit wel in wat ze graag wilde doen: naar de bushalte lopen om bij haar kleinkind op bezoek te gaan. We moeten meer aandacht hebben voor de waarden die voor patiënten het belangrijkst zijn.’ Deze zogeheten waardegedreven zorg vraagt extra communicatieve vaardigheden voor artsen in de spreekkamer. ‘Hiermee maken we patiënten blijer en kunnen we ze beter helpen', besluit Vervloet. 

Loopbaan

Marc Vervloet studeerde Geneeskunde aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Hij promoveerde daar op onderzoek naar de ontregelde stofwisseling van mineralen bij chronische nierziekten (titel proefschrift: Managing disorder of bone and mineral metabolism in chronic kidney disease). Na enkele jaren als internist te hebben gewerkt, specialiseerde hij zich tot nefroloog en later tot hoogleraar Experimentele nefrologie. In november 2023 maakte hij de overstap van het Amsterdam UMC naar het Radboudumc, waar hij in dienst trad als hoofd van de afdeling Nierziekten. Vervloet is één van de oprichters van de Europese werkgroep die focust op de bot- en mineraalhuishouding van patiënten met chronische nierschade. Ook is hij als lid van KDIGO betrokken bij de ontwikkeling en controle van internationale nefrologie-richtlijnen. Zijn aanstelling tot hoogleraar Nierziekten gaat in op 1 december 2023 voor een periode van vijf jaar.

Meer informatie


Pauline Dekhuijzen

wetenschaps- en persvoorlichter

neem contact op

Meer nieuws


Ruimte voor risicovolle research in Nijmegen

15 mei 2024

Zes Nijmeegse onderzoeksprojecten krijgen een subsidie binnen de NWO Open Competitie ENW-XS.

lees meer

Meer inzicht in genetische en immunologische aspecten van de ziekte van Lyme

14 mei 2024

Welke genen en genetische variaties spelen een rol bij de ziekte van Lyme, zoals bijvoorbeeld bij de gevoeligheid, ernst en duur van de ziekte? Onderzoekers vonden 31 nieuwe genetische locaties die van invloed zijn en een nieuwe genvariant die een verhoogde gevoeligheid geeft voor de ziekte.

lees meer

Gentherapie myotone dystrofie type 1 vereist ook epigenetische ingreep Alleen genetische mutatie verwijderen lijkt onvoldoende

8 mei 2024

Correctie van een genetische mutatie repareert niet automatisch ook de epigenetische veranderingen ontdekte Rick Wansink bij onderzoek naar myotone dystrofie type 1. Dat heeft ook consequenties voor therapieontwikkeling bij soortgelijke aandoeningen.

lees meer
  • Medewerkers
  • Intranet