Projecten Preventie Nieuwsberichten De onstuitbare opmars van preventie binnen de gezondheidszorg

20 oktober 2022

 

Preventie. Achter deze op het eerste gezicht eenvoudige term ligt een hele wereld aan mogelijkheden, ideeën en initiatieven. Preventie is ‘hot’ zou je kunnen zeggen maar krijgt nog niet de tijd, de aandacht en het geld dat het verdient. De wereld van de gezondheidszorg is vooralsnog gefocust op behandelen en genezen en op resultaten en effecten op de korte termijn. Toch is preventie onmiskenbaar met een gestage opmars bezig. Ook binnen het Radboudumc en de Radboud Universiteit. Dat gebeurt vanuit het sociale hart van beide instellingen maar vooral vanuit de overtuiging dat de gezondheidszorg veel meer aan de voorkant moet gaan werken. Want voorkomen is en blijft beter dan genezen.

Pim Assendelft, hoogleraar Preventie in de zorg bij het Radboudumc en voorzitter van de interfacultaire project rond preventie en leefstijl, is een gedreven en bevlogen ambassadeur als het om preventie gaat. ‘Het is wat mij betreft echt het allerbelangrijkste onderwerp als we praten over de toekomst van onze de gezondheidzorg. Een echte gamechanger in de ware zin van het woord.’ Volgens Assendelft hebben het Radboudumc en de Radboud Universiteit alles in huis om grote stappen te maken op het gebied van preventie. De uitdaging daarbij is wel om het samen op te pakken en niet aan de slag te gaan met allemaal losse projecten. ‘Ik zie preventie veel meer als een beweging dan als een project. En het is echt een kwestie van de lange adem. We moeten tien of twintig jaar vooruit durven kijken.’

Drie varianten 

Als het om preventie gaat, kun je grofweg drie vormen onderscheiden: primaire, secundaire en tertiaire preventie. ‘De eerste is erop gericht om te voorkomen dat mensen ziek worden. Bijvoorbeeld door mensen bewegingsprogramma’s aan te bieden zoals die van collega Bert Steenbergen. De tweede betreft screening en vroege opsporing van ziektes. We hebben hierin al heel veel ervaring. Bij borst- en baarmoederhalskanker, bij hart- en vaatziekten maar ook bijvoorbeeld als het gaat om depressies en psychoses bij jong volwassenen. De derde variant betreft mensen die al ziek zijn. Bij hen gaat om het verbeteren van hun leefstijl. Denk aan het Fit4surgery programma en ons nieuwe leefstijlloket.’   

Leuk leven  

Leefstijl. Het woord is gevallen. Volgens Assendelft is de invloed daarvan niet te onderschatten. ‘Er is vrijwel geen chronische ziekte of aandoening waarbij leefstijl geen rol speelt. Al onze poli’s zijn er mee bezig.’ Tegelijkertijd is het een lastig en taai onderwerp. Want het gaat over gedragsverandering. ‘True believers en zorgprofessionals raken vaak niet uitgepraat over het belang van meer bewegen, geen alcohol, op tijd naar bed, gezond eten en weinig stress. Maar de meeste mensen vinden dat het leven ook gewoon een beetje leuk moet zijn. Als het een té streng feestje wordt, haken ze af. We moeten daarom zorgen dat gedragsveranderingen zo goed mogelijk in de leefomgeving van mensen passen en aansluiten op wat mensen kunnen en willen. Daarmee vergroot je de kans op een duurzaam resultaat enorm.’   

Eigen leefomgeving 

En wie nog twijfelt aan het belang en nut van leefstijl en preventie: inmiddels hebben negen miljoen mensen in Nederland een leefstijl-gerelateerde aandoening. Er is dus heel veel werk aan de winkel. En dat werk speelt zich maar voor een heel klein deel af in het Radboudumc. ‘Mensen brengen slechts 0.01 procent van hun tijd door in het ziekenhuis. De gedragsverandering vindt daar dus niet plaats maar wel in hun eigen leefomgeving. Thuis, bij de gymnastiekclub, op het werk, tijdens het wandelen, lopend door de supermarkt, bij de zwemvereniging en in de moestuin. Daar gebeurt het. Dat betekent dat wij naast onze interne samenwerking ook moeten samenwerken met allerlei partijen en -instanties daarbuiten.’

Monitoren en bijsturen

Bij de samenwerking wachten ook nog wel wat uitdagingen. Onder meer op datagebied. Data van mensen worden door verschillende partijen gemeten en opgeslagen. Die data kunnen zelf gemeten data zijn, routinedata zoals van de gemeente of het CBS, data die speciaal voor onderzoek zijn verzameld en data over de leefomgeving. Die data zijn niet met elkaar verbonden. Partijen weten daarom vaak niet van elkaar wat de laatste stand van zaken is. Bijvoorbeeld over mevrouw K. Zit ze nog steeds op de zwemclub of is ze ermee gestopt? En als ze is gestopt, wat is de reden daar dan van? ‘Wanneer data niet met elkaar communiceren, wordt het lastig om de voortgang en ontwikkeling van mensen te monitoren en waar nodig bij te sturen. En dat heb je wel nodig om tot een duurzaam resultaat te komen. We moeten dus komen tot één geïntegreerd datasysteem.’

Lef nodig

Financiering is ook een uitdaging. Veel financieringsstromen zijn niet op elkaar aangesloten en er is ook de vraag van wie betaalt wat? ‘Wat zijn bijvoorbeeld de kosten en baten van alle partijen die betrokken zijn bij preventie, leefstijl en gedragsverandering? Wat betekent het voor een gemeente, een zorgverzekeraar of een werkgever? Zijn ze bereid om in preventie te investeren? En niet alleen in dit boekjaar maar ook in de komende vijf tot tien jaar. Zonder dat ze precies weten wat de resultaten zullen zijn. Daar heb je lef voor nodig. En dat kunnen we nog veel meer gebruiken. Ook op financieel gebied.’

Goed op weg

Ondanks de grote uitdagingen blijft Assendelft positief. ‘Steeds meer partijen binnen en buiten de gezondheidszorg zien de kracht en mogelijkheden van preventie en leefstijl.  En we hebben de tijd ook mee. Na vele desastreuze neoliberale jaren met een absolute focus op de individuele verantwoordelijkheid, keerde het tij zo’n vijf jaar geleden en kwam er gelukkig meer aandacht voor de groep en de sociale omgeving. En nu is er ook aandacht voor de fysieke leefomgeving. Wijken die gebouwd worden, moeten bijvoorbeeld voldoende groen hebben en er worden steeds meer kritische vragen gesteld over de wenselijkheid van een fast food restaurant in een achterstandswijk. We zijn er nog niet maar we zijn wel goed op weg.’ Onder meer met de Field Labs die het Radboudumc samen met de HAN, het ROC, de gemeente  en de Radboud Universiteit wil gaan opzetten. ‘In deze mobiele onderwijs- en onderzoekscentra kijken we vanuit het burgerperspectief met alle betrokken partijen naar de huidige situatie en de mogelijkheden voor de toekomst van preventie en leefstijl in verschillende wijken in Nijmegen. Dat gaat ons ongetwijfeld heel veel opleveren.’ 

  • Meer weten over deze onderwerpen? Klik dan via onderstaande buttons door naar meer nieuws.

    Preventie

Meer nieuws


Vapen, een ernstig gezondheidsrisico Artsen slaan alarm tegen vapen

16 april 2024

Artsen spreken zich gezamenlijk uit tegen vapen in de landelijke campagne artsenslaanalarm.nl.

lees meer

Roze wolk niet voor alle ouders  Radboudumc en GGD starten samenwerking om postpartum depressie sneller te signaleren

21 september 2023

Het is belangrijk dat een postpartum depressie snel wordt gesignaleerd. Het Radboudumc en GGD Gelderland-Zuid werken samen om dit mogelijk te maken. Een vragenlijst moet ouders helpen dit bespreekbaar te maken.

lees meer

Radboudumc opent Beleeftuin Fijne plek om te proeven, te wandelen, te ontspannen

22 mei 2023

Op maandag 22 mei nam het Radboudumc officieel de nieuwe Beleeftuin in gebruik. De tuin is open voor iedereen die er gebruik van wil maken, Hij nodigt uit om te ontspannen, een gesprek te voeren en te proeven van de planten die allemaal eetbaar zijn.

lees meer
  • Medewerkers
  • Intranet