Opname of verwijzing

Als u klachten heeft die kunnen duiden op een durale arterioveneuze fistel in de wervelkolom, dan overlegt uw huisarts of uw behandelend specialist met een neuroloog of neurochirurg gespecialiseerd in de bloedvaten van het centrale zenuwstelsel. We maken een MRI-scan van de vaten rondom uw wervelkolom.

Als de uitvalsverschijnselen ontstaan doordat het bloed in de aderen niet afgevoerd kan worden, dan bespreekt de arts een mogelijke behandeling met u. De behandeling en de voorbereiding hiervan vinden versneld plaats om verergering van de uitvalsverschijnselen te voorkomen. Om precies te weten waar het fistel zich bevindt, maken we een angiografie. Als de arts verwacht dat dit lang gaat duren, dan vindt dit onderzoek onder narcose plaats omdat u erg lang stil moet liggen.

Als de uitvalsverschijnselen plotseling ontstaan door een bloeding, dan wordt u met spoed verwezen naar de afdeling Neurochirurgie. Door middel van een operatie probeert de neurochirurg om verergering van de uitvalsverschijnselen te voorkomen.
 

Diagnose
Vermoeden SDAVF
Behandeling
Over de behandeling
Na de behandeling
Nazorg

Diagnose

Vermoeden SDAVF


Opname of verwijzing

Als u klachten heeft die kunnen duiden op een durale arterioveneuze fistel in de wervelkolom, dan overlegt uw huisarts of uw behandelend specialist met een neuroloog of neurochirurg gespecialiseerd in de bloedvaten van het centrale zenuwstelsel. We maken een MRI-scan van de vaten rondom uw wervelkolom. lees meer

Multidisciplinair overleg MDO

In het Radboudumc werken neurologen, neurochirurgen en neuroradiologen gespecialiseerd in de vaten van het centrale zenuwstelsel. Wekelijks bespreken zij patiënten waarbij zich een probleem van de vaten in het hoofd of in wervelkolom voordoen. lees meer

Multidisciplinair overleg MDO

In het Radboudumc werken neurologen, neurochirurgen en neuroradiologen gespecialiseerd in de vaten van het centrale zenuwstelsel. Wekelijks bespreken zij patiënten waarbij zich een probleem van de vaten in het hoofd of in wervelkolom voordoen. Tijdens dit overleg worden overwegingen gemaakt over onder andere: welk onderzoek moet worden gedaan om een aandoening vast te stellen, welke behandeling het veiligst en meest effectief is en hoe de aandoening het beste gecontroleerd kan worden.
 


Onderzoek

Een angiografie (röntgenonderzoek van de bloedvaten) is nodig om de fistel te vinden en in kaart te brengen. De beelden van het onderzoek worden besproken met de neuroloog en radioloog. lees meer

Onderzoek

Een angiografie (röntgenonderzoek van de bloedvaten) is nodig om de fistel te vinden en in kaart te brengen. De beelden van het onderzoek worden besproken met de neuroloog en radioloog. De neurochirurg bespreekt met u op de polikliniek de beste behandeling. Wanneer de schade van het zenuwweefsel aan het vergeren is, is dit een reden voor versnelde diagnostiek en de eventuele behandeling.

Behandeling

Over de behandeling


De behandeling

Er bestaan verschillende behandeltechnieken. Uw algehele gezondheid, plaats en bereikbaarheid van het fistel en de risico’s van de ingreep hebben invloed op de keuze welke behandeling in uw geval de beste is. lees meer

De behandeling

Voorafgaand aan de geplande behandeling heeft u een afspraak met een arts van de anesthesie en van de neurochirurgie. Zij nemen alle voorzorgsmaatregelen, leefregels voor en na de operatie met u door.

Voor de behandeling wordt door middel van een angiografie precies de plaats bepaald van het SDAVF. Hiermee wordt overwogen hoe het SDAVF het beste behandeld kan worden
 
Er bestaan verschillende behandeltechnieken. De keuze van de juiste behandeling is steeds weer maatwerk, waarover neurochirurgen in overleg met gespecialiseerde neurologen en neuroradiologen beslissen. Op voorhand is nooit met zekerheid te zeggen of de behandeling zal slagen. Uw algehele gezondheid, plaats en bereikbaarheid van het fistel en de risico’s van de ingreep hebben invloed op de keuze welke behandeling in uw geval de beste is.



Na de behandeling

Na de behandeling neemt de behandelend arts contact op met de eerste contactpersoon om te vertellen hoe de procedure is verlopen. lees meer

Na de behandeling

Na de behandeling neemt de behandelend arts contact op met de eerste contactpersoon om te vertellen hoe de procedure is verlopen.


Na de behandeling

Nazorg


Controle-afspraak

Voordat u met ontslag gaat, bespreken we adviezen voor thuis, het oppakken van activiteiten en leefregels met u. 6 weken na ontslag plannen we een controle op de polikliniek. Hierbij wordt gekeken wat uw restklachten zijn na de behandeling. Na circa 6 maanden controleren we de behandeling door middel van een MRI-scan.
  • Medewerkers
  • Intranet