Nieuws Dertig jaar borstkankerscreening

3 juni 2009

Dertig jaar geleden ging in Nederland het bevolkingsonderzoek op borstkanker van start, met proefonderzoeken in Nijmegen en Utrecht. Op basis van de resultaten van de proefonderzoeken volgde in 1988 uitbreiding van de screening over het gehele land. Sinds die tijd is de sterfte aan borstkanker bij vrouwen van 55 tot 74 jaar met twintig procent afgenomen. De vraag is of de screening nog verbeterd kan worden en zo ja, hoe. Over de toekomst van het bevolkingsonderzoek organiseert het Landelijk Referentiecentrum voor bevolkingsonderzoek op Borstkanker (LRCB) op 17 en 18 juni een symposium.


Niet ontdekt

Elke dag laten honderden vrouwen van 50 tot 75 jaar röntgenfoto’s van hun borsten maken met als doel een eventuele borsttumor in een vroeg stadium op te sporen. Dankzij deze screening, maar ook dankzij betere behandelingen van borstkanker, is de sterfte aan borstkanker in deze leeftijdscategorie met twintig procent afgenomen. Toch kan het nog beter. Uit onderzoek blijkt dat in het screeningsprogramma 20 tot 25 procent van de carcinomen niet ontdekt wordt. Kan dit percentage omlaag? En zo ja, ten koste waarvan? Deze en andere vragen staan centraal op een symposium in de Vereeniging in Nijmegen ter gelegenheid van dertig jaar borstkankerscreening in Nijmegen.

Er zijn meerdere oorzaken voor het onontdekt blijven van carcinomen bij de screening. Sommige zijn gewoon te klein. Tumoren kleiner dan vijf millimeter in een borst met dicht klierweefsel zijn onzichtbaar op de foto. Verder kunnen er nieuwe tumoren ontstaan in de twee jaar na het maken van een foto. Als het in deze gevallen gaat om een zogenoemde snelle groeier, dan openbaart deze zich al voordat de vrouw de volgende oproep krijgt. En tenslotte zijn er twijfelgevallen, onduidelijke plekjes op de foto waarvan het moeilijk te zeggen is of het kanker is of niet.

Het Nederlandse bevolkingsonderzoek is altijd erg terughoudend geweest bij het terugroepen van de twijfelgevallen. Dit vanwege de fout-positieven: vrouwen die terugkomen voor een vervolgonderzoek en eventueel een chirurgische ingreep, bij wie dan toch niets aan de hand blijkt te zijn.

In het Nederlandse bevolkingsonderzoek op borstkanker wordt ongeveer één procent van de vrouwen teruggeroepen voor een vervolgonderzoek. Bij de 800.000 screeningsonderzoeken per jaar betekent dit 8000 doorverwezen vrouwen. Bij ongeveer de helft wordt kanker ontdekt. De andere 4000 vrouwen hebben geen kanker.

In andere landen kan dit getal veel hoger liggen. In de Verenigde Staten wordt acht tot tien procent van de gescreende vrouwen nader onderzocht. Uit recent onderzoek, opgezet door het LRCB, samen met de afdelingen Epidemiologie en Radiologie van het UMC St Radboud en het Landelijk Evaluatie Team voor bevolkingsonderzoek naar Borstkanker te Rotterdam, blijkt dat dit laatste buitengewoon ineffectief is. Voor elk ontdekt geval van kanker staan dan zo’n 150 vrouwen die voor niets terugkomen.

Toch vinden de onderzoekers dat het goed zou zijn om het Nederlandse protocol zo aan te passen dat er meer vrouwen worden doorverwezen. Uit de berekeningen van het onderzoek blijkt dat bij een verwijspercentage van twee procent ongeveer 260 tumoren jaarlijks extra en vroegtijdig ontdekt kunnen worden. Om dit extra aantal kankers te kunnen vinden moeten extra 8500 vrouwen onderzocht worden, die uiteindelijk geen kanker hebben.

Digitaal

Een tweede belangrijk thema op het symposium is de digitalisering van de mammografieën. Nu worden de foto’s die bij het bevolkingsonderzoek gemaakt worden, op film gezet. De overgang naar digitale mammografie vraagt een fikse investering. ‘Toch de moeite waard’, verwacht radioloog prof.dr. Ard den Heeten, directeur van het LRCB. ‘Vooral omdat afwijkingen in dicht borstweefsel op een digitale foto vaak beter te zien zijn dan op film. Het aantal niet ontdekte kankers zal zo kunnen afnemen.’ Ook de screening van vrouwen onder de vijftig, van wie het borstweefsel gemiddeld zo dicht is dat afwijkingen op een gewone foto vaak niet goed te zien zijn, wordt dan misschien een optie.Eén van de taken van het LRCB is om mogelijke verbeteringen van het bevolkingsonderzoek te initiëren en te valideren.

Meer nieuws

  • Medewerkers
  • Intranet