EN
DE
Kraambedcontroles en nacontrole
Je mag naar huis. Het is belangrijk dat je voldoende rust neemt. De kraamverzorgende en de verloskundige die in jouw regio werken komen voor de verschillende controles bij jou thuis.
lees meerKraambedcontroles en nacontrole
Kraambedcontroles
Je mag naar huis. De rest van je kraamtijd breng je thuis door (of in het Ronald McDonaldhuis). De kraamverzorgende en de verloskundige die in jouw regio werken komen voor de verschillende controles bij jou thuis. Wij nemen contact op met de verloskundige als je naar huis gaat, maar de kraamzorgorganisatie moet je zelf bellen om jullie thuiskomst te melden.
Algemeen
- Het verwerken van de bevalling is zowel lichamelijk als emotioneel voor iedere vrouw anders. Belangrijk is om te luisteren naar je lichaam en voldoende rust te nemen. Probeer ‘s middags zo lang mogelijk te rusten.
- Als je slaapproblemen hebt, geef dit dan door aan uw verloskundige of huisarts.
- Het is normaal dat je na de bevalling emotioneel bent, gemakkelijk huilt en overgevoelig reageert. Meestal gaat dat na een paar dagen vanzelf over. Als dit niet zo is, kunt je hierover contact opnemen met je huisarts of verloskundige.
- Door de zwangerschap zijn de banden van de baarmoeder uitgerekt. Dit heeft tijd nodig om te herstellen. Til en rek daarom de eerste 6 weken na de bevalling niet teveel (vul het babybadje bijvoorbeeld met kleine emmers water, zodat je het zware badje niet hoeft te tillen).
- Neem de eerste week 2 keer per dag je lichaamstemperatuur op en daarna bij gevoel van koorts.
- Breng jouw verloskundige of huisarts op de hoogte bij een temperatuursverhoging boven de 38 graden.
Hygiëne
Door een verminderde weerstand en bloedverlies ben je gevoeliger voor infecties. Hygiëne is daarom erg belangrijk. Neem regelmatig een douche en verschoon geregeld je ondergoed en maandverband. Zolang je bloed verliest mag je niet in bad.
Vloeien en plassen
Lees hier alles over vloeien, plassen en anticonceptie na de bevalling. lees meerVloeien en plassen
Vloeien
In de baarmoeder zit een wond doordat de placenta van de wand is losgekomen. Door samentrekkingen van de baarmoeder worden de bloedvaten weer dichtgedrukt. In de 1e week na de bevalling heb je bloedverlies dat zoveel kan zijn als een flinke menstruatie. Daarna wordt het geleidelijk minder en binnen 6 weken is het meestal over. De eerste dagen kan je een stolsel verliezen, dat zo groot kan zijn als een vuist. Neem bij stolselverlies, aanhoudend ruim vloeien of riekende afscheiding contact op met je verloskundige of huisarts.Plassen
Het is belangrijk dat je regelmatig uitplast, bijvoorbeeld voor elke voeding, omdat een volle blaas de baarmoeder verhindert om goed samen te trekken. Spoel in verband met de hygiëne altijd na met water, dit helpt ook tegen schrijnen. Eventueel kan je onder de douche plassen.Belangrijk: waarschuw jouw verloskundige als je binnen zes uur na de bevalling nog niet kan plassen of steeds alleen maar kleine beetjes plast.
