Na een herseninfarct kun je last krijgen van problemen met denken, zoals trager informatie verwerken, moeite met taal of problemen met het geheugen. Dit noemen we cognitieve stoornissen. Ook als je verder lichamelijk goed herstelt, kunnen deze cognitieve stoornissen een grote invloed hebben op het dagelijks leven. Toch is er nog relatief weinig onderzoek gedaan naar deze cognitieve stoornissen en hoe die zich ontwikkelen na een herseninfarct op jonge leeftijd. Mijntje Schellekens en haar collega’s onderzochten dit bij de deelnemers van de ODYSSEY-studie.
In dit onderzoek keken ze naar de ontwikkeling van het denkvermogen bij mensen die vóór hun 50e een herseninfarct kregen. In totaal deden 393 mensen mee aan uitgebreide cognitieve testen binnen zes maanden na hun herseninfarct én na een jaar. Bij meer dan de helft veranderde het denkvermogen gedurende deze periode niet. Ongeveer 2 op de 10 waren na een jaar vooruit ten opzichte van de testen binnen de eerste 6 maanden, terwijl het bij 1 op de 10 mensen juist verslechterde. Het bleek niet goed mogelijk om te voorspellen wie zou herstellen en wie niet.
- Lees meer in het Engelstalige wetenschappelijke artikel.