Zes Nijmeegse onderzoekers, onder wie drie van het Radboudumc, ontvangen elk maximaal 800.000 euro om een vernieuwende onderzoekslijn te ontwikkelen en een eigen onderzoeksgroep te bouwen. Zij ontvangen een Vidi uit de Vernieuwingsimpuls van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).
Vidi
Vidi is gericht op excellente onderzoekers die na hun promotie al een aantal jaren succesvol onderzoek hebben verricht. De wetenschappers behoren tot de beste tien à twintig procent van hun vakgebied. Met een Vidi kunnen zij vijf jaar lang onderzoek doen. Op deze manier stimuleert NWO nieuwsgierigheidsgedreven en vernieuwend onderzoek.
Drie onderzoekers van het Radboudumc krijgen een Vidi-subsidie: prof. dr. Jelle Goeman, dr. ir. Sander Leeuwenburgh en dr. Taco Kooij. Daarnaast zijn er drie wetenschappers van andere faculteiten van de Radboud Universiteit die een Vidi-subsidie krijgen: dr. Lejla Batina, dr. Emmanuel Kuntsch en dr. Rogier Mars. De wetenschappers en hun onderzoek worden hieronder toegelicht.
Onderzoekers Radboudumc
Onzekerheid in ranglijsten zichtbaar maken
Prof. dr. Jelle Goeman, Radboudumc – Biostatistiek, afdeling Health Evidence
Een ranglijst heeft altijd een winnaar en een verliezer, maar als de werkelijke verschillen klein zijn speelt het toeval hierbij vaak een grote rol. De onderzoekers ontwerpen methoden om aan te geven hoe zeker we zijn over een gevonden rangorde.
Ranglijsten zijn nuttig bij besluitvorming als ze tot stand zijn gekomen op basis van relevante, goed gekozen criteria. Maar ranglijsten kunnen ook misleidend zijn. Een ogenschijnlijk objectieve ranglijst kan bijvoorbeeld ook gebaseerd zijn op onbetrouwbare criteria. Bij gelijkwaardige kandidaten kan de plaats zelfs worden bepaald door (foutjes in) de ranglijst zelf. Voor een betrouwbare ranglijst zou dus ook de mate van onzekerheid moeten worden aangegeven.
Jelle Goeman: “We gaan nieuwe statistische methoden ontwikkelen die aangeven hoe betrouwbaar ranglijsten zijn, bijvoorbeeld in biomedisch onderzoek. Bij onderzoek naar genen, eiwitten of stofwisselingsproducten worden vaak vele tienduizenden stoffen gevonden die een relatie hebben met een bepaalde ziekte. Die kun je niet allemaal onderzoeken. Welke stoffen doen er echt toe? Die boven aan een betrouwbare lijst staan. Met onze methoden brengen we die betrouwbaarheid in beeld.”
Ook de kwaliteit en prestatie van universiteiten, UMC’s, ziekenhuizen en andere instellingen worden jaarlijks gevangen in diverse ranglijsten. Goeman: “Ook van deze lijsten gaan we ook de foutenmarge en daarmee de betrouwbaarheid in beeld brengen. Want een ranglijst is natuurlijk heel nuttig, maar een betrouwbare ranglijst is nóg nuttiger!”
Taai biokeramiek herstelt botten
Dr. ir. Sander Leeuwenburgh, Radboudumc – Biomaterialen, afdeling Tandheelkunde
Calciumfosfaat cement wordt veelvuldig toegepast als kunstmatig materiaal voor botvervanging. Helaas is calciumfosfaat cement bros en daardoor niet geschikt voor zware belasting. De onderzoekers gaan een nieuwe klasse van taai calciumfosfaat keramiek ontwikkelen dat wel aangebracht kan worden in lastdragend bot.
Cement van calciumfosfaat (biokeramiek) wordt in de tandheelkunde, kaakchirurgie en orthopedie gebruikt om beschadigd of ziek botweefsel te herstellen. Dit kunstmatig materiaal is namelijk biocompatibel en gemakkelijk in het gebruik. Helaas is dit injecteerbare materiaal bros en daardoor ongeschikt voor toepassing in lastdragend bot.
Sander Leeuwenburgh: “Op zoek naar een beter calciumfosfaat cement zijn de afgelopen jaren allerlei stoffen – meestal polymeren – aan dit keramisch cement toegevoegd. Die combinaties leverden geen beter product op, omdat de polymeren niet goed binden aan het cement. Wij gaan een sterk en taai cement ontwikkelen, dat wél te gebruiken is in bot dat zwaar wordt belast.”
Leeuwenburgh gaat polymeervezels maken die goed binden aan calciumfosfaat cement, waardoor een sterk en taai biokeramiek ontstaat. Daarnaast zal hij het mechanisme gaan ontrafelen waarmee deze vezels zich binden aan het calciumfosfaat cement door verfijnde micromechanische testen en computermodellen toe te passen. Deze strategie zal trial-and-error tot een minimum beperken en leiden tot nieuw inzicht in de zoektocht naar keramische materialen die taai in plaats van bros zijn.
Over Malaria, Mitochondriën, Modellen & Medicijnen
Dr. Taco Kooij – Radboudumc, parasitologie, afdeling Medische Microbiologie
De malariaparasiet bezit slechts één mitochondrium voor zijn energiehuishouding. Taco Kooij wil deze huishouding ophelderen en een compleet model van het malariamitochondrium bouwen. Die kennis moet aangrijpingspunten voor nieuwe medicijnen opleveren. Medicijnen, die bijvoorbeeld de energiecentrale platleggen van deze moordenaar op wereldformaat.
Een mitochondrium is een biologische energiecentrale. De malariaparasiet heeft slechts één abnormaal mitochondrium. Schakel die ene centrale uit en de parasiet gaat dood. Daarom is het mitochondrium een interessant aangrijpingspunt voor malariabestrijding. Maar de kennis van dit mitochondrium, dat zo’n 400-500 eiwitten bevat, is nog heel fragmentarisch.
Taco Kooij gaat nu alle eiwitten van de energiecentrale in kaart brengen. Op basis daarvan bouwt hij een digitaal model (systeembiologie) waarin al die eiwitten en hun functies zichtbaar worden gemaakt. Kooij: “Zo komen de essentiële eiwitten snel in beeld. Zij vormen de achilleshiel van de energiecentrale en zijn dus het doelwit voor nieuwe malariamedicijnen. Vervolgens gaan we in een muizenmodel kijken wat er gebeurt als we die genen in de malariaparasiet uitschakelen; stuk voor stuk of in combinaties. Met die resultaten wordt het digitale model verder aangepast en verfijnd, waardoor we uiteindelijk ook de werking van potentiële malariamedicijnen beter kunnen voorspellen.”
Kooij, die al onderzoek deed aan de malariaparasiet in Oxford, Heidelberg en Berlijn (Max Planck Instituut voor Infectiebiologie), is blij met de toekenning: “Dankzij de Vidi grant keer ik na tien jaar buitenland weer terug in de Nederlandse wetenschapsgemeenschap en kan ik in Nijmegen mijn eigen malariaonderzoek verder ontwikkelen. Prachtig!”
Onderzoekers Radboud Universiteit
De geheimen van chipkaarten afluisteren en beschermen
Dr. Lejla Batina - Institute for Computing and Information Sciences
Chipkaarten worden voor allerlei doeleinden gebruikt: als bankpasje, als SIM-kaart, als ov-kaart, als identiteitskaart en ook in het paspoort. Lejla Batina onderzoekt de beveiliging van zulke kaarten tegen de meest bedreigende vorm van aanvallen, de zogenaamde side-channel attacks. Bij zo’n aanval verraadt nauwkeurige analyse van bijvoorbeeld het stroomverbruik geheime sleutels.
‘Mamma, bier is niet voor jou, dat is voor pappa's!’
Dr. Emmanuel Kuntsche - Behavioural Science Institute
Nederlandse jongeren drinken hun eerste glas alcohol vaak al op jonge leeftijd. Dit onderzoek richt zich op de rol die het drinkgedrag van ouders speelt in de ontwikkeling van kennis over alcohol in de kindertijd (4-8 jaar) en verwachtingen over alcohol en motieven om te drinken in de vroege adolescentie (9-13 jaar).
Wat maakt de mens zo sociaal?
Dr. Rogier Mars - Donders Instituut voor Brein, Cognitie en Gedrag
Mensen zijn een unieke sociale soort. Ons leven wordt gedomineerd door interacties met anderen, het denken over anderen en praten met anderen over anderen. Hoe zijn we zo sociaal geworden? Rogier Mars gaat onderzoeken hoe mensen sociale informatie verwerken en welke hersengebieden daarvoor verantwoordelijk zijn.
Lees hier het volledige persbericht van NWO.
-
Meer weten over deze onderwerpen? Klik dan via onderstaande buttons door naar meer nieuws.