Jaarlijks nemen rond de 500.000 vrouwen deel aan het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker. Momenteel zijn er ongeveer 40 laboratoria in Nederland die uitstrijkjes onderzoeken op de aanwezigheid van afwijkende cellen die kunnen duiden op de aanwezigheid van baarmoederhalskanker, of een voorstadium ervan. Vanaf 1 januari 2017 worden de uitstrijkjes voortaan eerst beoordeeld op de aanwezigheid van een aantal hoog risico HPV-varianten. Screenen op HPV is gevoeliger dan alleen het testen op afwijkende cellen. Hierdoor kunnen vrouwen met (een voorstadium van) baarmoederhalskanker eerder worden opgespoord binnen het bevolkingsonderzoek.
Onderzoeksregio 3
In de nieuwe opzet van het bevolkingsonderzoek zijn er landelijk vijf laboratoria die de HPV-analyses uitvoeren. Deze centra zijn door de landelijke screeningsorganisaties geselecteerd op basis van kwaliteit en expertise, en daarnaast op prijs die de laboratoria kunnen leveren. Naast het Radboudumc, zijn dit het UMCG, Jeroen Bosch Ziekenhuis, Nederlands Moleculair Diagnostisch Laboratorium en Symbiant. Alle uitstrijkjes uit werkgebied 3 (delen van de provincies Utrecht, Gelderland en Overijssel) gaan naar het laboratorium van het Radboudumc. In het nieuwe bevolkingsonderzoek krijgen vrouwen die normaal niet participeren (non-responders) voor het eerst ook de mogelijkheid om met een zelfafnameset materiaal af te nemen waarmee de HPV-bepaling kan worden uitgevoerd. Een uitstrijkje bij de huisarts is voor deze stap dan niet meer nodig.
Betere screening
Het laboratorium van de afdeling Medische Microbiologie van het Radboudumc gaat de uitstrijkjes onderzoeken op hoog risico HPV-types die baarmoederhalskanker kunnen veroorzaken. De naar schatting ruim 100.000 HPV-tests zullen geautomatiseerd worden gedaan. Als in het uitstrijkje HPV wordt vastgesteld, wordt bij de afdeling Pathologie verder gekeken naar de aanwezigheid van afwijkende cellen. Als deze cellen aanwezig zijn, krijgt de vrouw hiervan bericht met een doorverwijzing naar de gynaecoloog. Als er alleen HPV is gevonden, maar geen afwijkende cellen, krijgt de vrouw zes maanden later een controle-uitstrijkje bij de huisarts.
Wetenschappelijk onderzoek
Willem Melchers bereidde vanuit Medische Microbiologie de inrichting van het bevolkingsonderzoek voor: “De screening naar HPV is in het Radboudumc gekoppeld aan het lopende wetenschappelijk onderzoek naar betere opsporing van baarmoederhalskanker. Binnen het Radboudumc werken de afdelingen Medische Microbiologie, Pathologie en Gynaecologie hier al meer dan 25 jaar in samen. Samen met de collega’s van deze drie afdelingen richtten we tien jaar geleden het expertisecentrum Be-safe voor bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker op. Be-safe geeft voorlichting en doet onderzoek naar de verbetering van screening en de identificatie van vrouwen met een verhoogd risico op de ontwikkeling van baarmoederhalskanker.”
Voorloper van kanker
Ruim 80 procent van de vrouwen loopt één of meerdere keren in hun leven een HPV-besmetting op. In de regel ruimt het afweersysteem van de mens het HPV op, maar soms ontsnapt het virus hieraan en kan het veel langer in het lichaam aanwezig blijven. Dit kan tot een voorstadium van baarmoederhalskanker leiden. Omdat het tien tot vijftien jaar duurt voordat zo'n infectie tot baarmoederhalskanker leidt, is de screening op het HPV-virus effectief. Vind je het virus op tijd en wordt een voorstadium van baarmoederhalskanker ontdekt, dan is te voorkomen dat er daadwerkelijk kanker ontstaat.
-
Meer weten over deze onderwerpen? Klik dan via onderstaande buttons door naar meer nieuws.