Nieuws De voordelen van hardlopen: waarom we massaal rennen

11 november 2025

Hardlopen is ongekend populair. Kijk maar naar de Zevenheuvelenloop die ook dit jaar in recordtijd was uitverkocht. Wat is de aantrekkingskracht van hardlopen? Wat doet het met ons lichaam, brein, mentale gezondheid en sociale leven? Wat zegt de hardloop-hype over onze maatschappij? En is er ook zoiets als te veel van het goede als het op bewegen aankomt? Leer van fysioloog Maria Hopman en socioloog Hidde Bekhuis en zie wat hardlopen met ons doet.

Hardlopen heeft een positief effect op je gezondheid, om tal van redenen. In de aanloop naar de Zevenheuvelenloop aanstaand weekend bracht Radboud Reflects twee wetenschappers samen om de winst- en verliesrekening van intensief sporten op te tekenen. Hoogleraar Integratieve fysiologie Maria Hopman, verbonden aan het Radboudumc, benadrukte het indirecte effect van het sporten als graadmeter voor je gezondheid. Socioloog Hidde Bekhuis kondigde een nieuw onderzoek aan onder de eerstejaars deelnemers. Waarom doen ze mee, én: blijft het niet bij deze ene keer?

Beter immuunsysteem

Maria Hopman zette tijdens de hardloopavond in LUX de talloze gezondheidsvoordelen van het hardlopen nog een keer op een rijtje. Ze wees op de positieve invloed op tientallen ziektes die samenhangen met te weinig bewegen, zoals diabetes, hartziektes, suikerziekte of aandoeningen die samenhangen met een haperend immuunsysteem. Wie hardloopt is minder vaak ziek en vermindert het ziekteverzuim, vatte ze samen. Een en ander hangt samen met een verhoogde hartactiviteit en het intensiever rondpompen van het bloed door het lichaam.

Oververhitting

Bijna iedereen in de afgeladen zaal doet dit weekend mee met de Zevenheuvelenloop, en die kon ze geruststellen: een belangrijk negatief effect van het hardlopen - oververhitting - wordt dankzij het herfstseizoen getemperd. Bij de finish meet de gemiddelde loper twee graden meer dan bij de start, zo’n 39 graden. Maar het wordt pas riskant bij meer dan 40, 41 graden, zo schetste Hopman het geringe risico dit weekend. Sowieso nuanceerde zij de negatieve effecten van het intensief sporten. Alleen wie extreme afstanden loopt, en dat voor langere tijd, kan schadelijke effecten ondervinden, aldus Hopman.

Op de foto (vlnr): Maria Hopman, Cees Leijenhorst, Hidde Bekhuis. 

Risico op een hartinfarct 

Hoe zit het met het risico op een hartinfarct, aldus een vraag van een lid van Nijmegen Atletiek aan Hopman. De hoogleraar Integratieve Fysiologie wees erop dat een hartinfarct zich inderdaad vaker voordoet dan thuis: het treft een op de honderdduizend lopers, dus één keer op drie jaar Zevenheuvelenloop. Dit jaar verschijnen zondag zo’n 28.000 lopers aan de start voor de 15 kilometer op zondag, en nog eens zo’n 8.000 in de nachtloop op zaterdag (7 kilometer). Het iets hogere risico wordt gecompenseerd door de relatief veilige omgeving waarin de beroerte toeslaat: de hulpdiensten zijn er tijdens een loop immers sneller bij dan thuis.

Blijf je inspannen, ook op latere leeftijd, adviseert Hopman: trainen en wedstrijden bieden bovenop alle voordelen ook nog een extra alarmknop voor eventueel gezondheidsfalen. Een keertje een mindere training zegt nog niks, maar als je langere tijd onderpresteert ten opzichte van je gemiddelde trainingsprestaties, dan zou je je eens tot de huisarts kunnen wenden. Hopman: ‘Het intensief sporten is een goede graadmeter voor de stand van zaken in je lichaam. Het leert je beter naar je lichaam te luisteren.’ 

Hardloopmaatjes 

Gespreksleider Cees Leijenhorst legde socioloog Hidde Bekhuis een paar ogenschijnlijke paradoxen voor: hardlopen is een individuele sport, die we vaak beoefenen in groepjes, waarbij de inspanningen worden bekroond met massaal bezochte wedstrijden. En met hardloopapp Strava delen heel veel lopers hun inspanningen met anderen, en leveren er commentaar op. Bekhuis onderstreepte de sociale kanten van het hardlopen. Veelal in gunstige zin, omdat bijvoorbeeld trainen met een maatje of in een hardloopgroep enige sociale druk oplevert om op te draven.

Een negatief effect kan de stress zijn die samenhangt met de gadgets: ze kunnen bevorderlijk zijn, en het kán verstandig zijn om met een app te trainen op je maximale hartslag. Maar ook hier: overdrijf het niet. Hopman vergeleek dit met een app die uitmaakt of je al dan niet goed hebt geslapen, waarna je na herhaaldelijke negatieve uitslagen nóg slechter gaat slapen. ‘Raak er niet gestrest van. Luister vooral naar je lichaam.’ Ook Bekhuis is beducht voor al die hartjes op Strava waarmee hardlopers elkaars prestaties becommentariëren. ‘Je moet lopen omdat je het leuk vindt, niet vanwege Strava.’

Van peuter tot pensioen: blijf bewegen

Het leuke van bewegen moeten we vanaf de jongste leeftijden benadrukken, aldus Bekhuis. Hij brak een lans voor aandacht voor ‘beweegwijsheid’, te beginnen in de peuterspeelzalen. Ook in het basisonderwijs kan dit de kinderen in beweging zetten, naast het op die leeftijd niet te onderschatten goede voorbeeld van de ouders. In het voortgezet onderwijs zijn de peers van grotere invloed, naast gymdocenten. Bekhuis signaleerde dat de aandacht voor beweegwijsheid in het onderwijs maar moeizaam van de grond komt. Men acht het maar moeilijk om het resultaat ervan vast te stellen, zo wees hij op een van de belangrijkste hobbels. 

In de week na de Zevenheuvelenloop kunnen de debutanten een onderzoek tegemoet zien, waarin Bekhuis samen met zijn onderzoeksgroep wil nagaan wat deze mensen heeft aangemoedigd om zich in te schrijven. Hoe krijg je mensen in beweging, aldus een van de onderzoeksvragen van Bekhuis, maar ook: hoe houd je het vast? Hoe kun je de omgeving beïnvloeden om mensen in beweging te krijgen? De hoop van Bekhuis is dat velen binnen de onderzoeksgroep instemmen met een vervolg. Eén keer meedoen zet nog geen zoden aan de dijk, weet Bekhuis, zelf een intensief hardloper. Hoe houd je de samenleving in beweging, is voor hem een minstens zo belangrijke vraag. 

Bronvermelding: Dit artikel is voor Radboud Reflects geschreven door Paul van den Broek.

Tips voor Zevenheuvelenloop-deelnemers Maria Hopman

  • Rust in de laatste week. Vermijd zware trainingen en zorg voor voldoende slaap en ontspanning; een korte rustige loop mag nog wel. 
  • Goed hydrateren. Start vanaf enkele dagen voor de wedstrijd met voldoende drinken om uitdroging en oververhitting te voorkomen. 
  • Koolhydraten stapelen. Eet pasta of andere koolhydraatrijke maaltijden in de twee dagen vooraf om je glycogeenvoorraad op te bouwen. 
  • Blijf bewegen in het startvak. Voorkom stijfheid door dynamisch te bewegen, zoals knieheffen of dribbelen, terwijl je wacht op de start. 
  • Start rustig en blijf ontspannen. Laat je niet opjagen door anderen; een te snelle start kost energie en kan je eindtijd verslechteren. 

Meer informatie


Pauline Dekhuijzen

wetenschaps- en persvoorlichter

neem contact op

Meer nieuws

  • Medewerkers
  • Intranet