De geschiedenis van Kindergeneeskunde

In 1954 opent de academische afdeling Pediatrie in het Canisiusziekenhuis, bestaande uit een observatieafdeling, een boxenafdeling, een zuigelingenafdeling en een polikliniek. Jo Slooff, de eerste klinische hoogleraar, is het hoofd van de afdeling. lees meer

De geschiedenis van Kindergeneeskunde

Ontstaan van de afdeling

In 1954 opent de academische afdeling Pediatrie in het Canisiusziekenhuis, bestaande uit een observatieafdeling, een boxenafdeling, een zuigelingenafdeling en een polikliniek. Jo Slooff, de eerste klinische hoogleraar, is het hoofd van de afdeling, met B. Schretlen en M. Schillings als enige stafleden. De verpleegkundige zorg is in handen van de Zusters onder de Bogen. De diagnoses waarmee de kinderen in het ziekenhuis komen zijn zeer gevarieerd, wel is er een relatief groot aantal kinderen met aangeboren hartafwijkingen. In 1957 komen Hans Busch als kindercardioloog en Nan Krijgsman in 1959 als neuropediater ook op de afdeling werken. In 1965 neemt Slooff afscheid en B. Schretlen volgt hem op. In deze tijd bedraagt de gemiddelde opnameduur ongeveer 30 dagen.

Ontwikkelingen op de afdeling

In de daarop volgende jaren treden nieuwe stafleden toe en ze ontwikkelen nieuwe deelgebieden. Zuster Majellie van Koekenberg is de spil in het dagelijks functioneren van de kliniek, ze kent alle verpleegkundigen en opgenomen kinderen bij naam. Ze schrijft samen met Gerard Stoelinga een handboek voor kinderverpleegkunde, dat vele jaren als de standaard zou gelden in opleidingen in Nederland. In deze jaren worden er maar liefst zeven Oranje-kinderen geboren in ons ziekenhuis. 

Rob Sengers is het latere afdelingshoofd en legt zich toe op stofwisselingsziekten. Gerard Stoelinga wordt in 1975 hoogleraar kindergeneeskunde. In 1977 wordt de eerste niertransplantatie bij een kind uitgevoerd. In ditzelfde jaar komt ook het Kinder-Oncologisch Centrum tot stand met als hoofd De Vaan. In 1984 treedt Schretlen terug en Rob Sengers volgt hem op.

Vernieuwing

In 1991 komt het multidisciplinair Kinderhartcentrum tot stand. Stoelinga gaat in 1992 met emeritaat. Het aantal promoties per jaar neemt geleidelijk aan toe. Ook komen er steeds meer voorzieningen voor patiënten, zoals de Cliniclowns. Margot van de Bor wordt in 1995 benoemd tot hoogleraar Neonatologie en een jaar later wordt Louis Kollée opleider Kindergeneeskunde. In 2000 wordt Peter Hoogerbrugge hoogleraar Kinderoncologie en het jaar daar op wordt Jan Smeitink bijzonder hoogleraar. In 2002 houdt Otto Daniëls zijn oratie en Frans Trijbels zijn afscheidsrede.

Bekijk de uitgebreide geschiedenis van Kindergeneeskunde (pdf)
 

Amalia kinder­ziekenhuis

Het Amalia kinderziekenhuis is onderdeel van het Radboudumc. Jaarlijks behandelen wij ongeveer 25.000 kinderen tussen 0 en 18 jaar.

lees meer
  • Medewerkers
  • Intranet