Onderste ooglid­ophanging Statische correctie

Het onderste ooglid kan bij een aangezichtsverlamming gaan hangen. Hierdoor wordt het rode slijmvlies onder de witte oogbol zichtbaar (ectropion genoemd). De ooglidrand staat daarbij los van de oogbol, waardoor het oog gaat tranen. De chirurgische oplossing hiervoor is het inkorten van het onderste ooglid (ligament) door middel van een sneetje aan de buitenste zijkant van het onderooglid, net onder de wimpers. We trekken het onderste ooglid weer strak tegen het oog aan, waardoor het oog ook beter sluit. De ingreep doen we onder plaatselijke verdoving.

Patiëntenzorg Behandelingen Chirurgische behandelmogelijkheden bij een aangezichtsverlamming

Over chirurgische behandelmethoden bij aangezichtsverlamming

Het soort operatie is afhankelijk van uw ziektegeschiedenis, de duur van de verlamming, uw leeftijd, klachten en wensen. Grofweg kunnen de ingrepen worden onderverdeeld in statische en dynamische correcties. lees meer

Over chirurgische behandelmethoden bij aangezichtsverlamming

In sommige gevallen wordt er tijdens het ‘Facialis-spreekuur’ een operatie voorgesteld. Het soort operatie is afhankelijk van uw ziektegeschiedenis, de duur van de verlamming, uw leeftijd, klachten en wensen.Grofweg kunnen de ingrepen worden onderverdeeld in statische en dynamische correcties. De statische en dynamische correcties kunnen op verschillende manieren met elkaar gecombineerd worden.

Statische correcties

Statische correcties zijn gericht op het herstellen van de symmetrie van het gelaat, bijvoorbeeld het liften van de wenkbrauw of mondhoek. Maar deze correcties zorgen niet voor een verbetering van de beweeglijkheid. De meeste statische correcties zijn relatief kleine ingrepen.

Dynamische correcties

Bij dynamische correcties verbetert ook de symmetrie van het gelaat. Maar daarnaast is het doel om de beweeglijkheid van de aangedane gelaatshelft te verbeteren. Dit is helaas niet altijd mogelijk en vraagt vaak grotere operaties, waarvan het effect meestal langere tijd op zich laat wachten. Bovendien zijn de dynamische correcties alleen zinvol bij een (bijna) volledige uitval van de aangezichtszenuw.

Contact

Afdeling Keel-, Neus- en Oorheelkunde

(024) 361 35 06

Aangezichts­verlamming facialis­paralyse en -parese

Bij een aangezichtsverlamming is de aangezichtszenuw (nervus facialis of zevende hersenzenuw) uitgevallen. Meestal gebeurt dat aan 1 kant van het gelaat. Wanneer de zenuw niet meer functioneert, kunnen de spieren van het aangezicht niet meer bewegen en vertonen mensen een scheef gezicht. lees meer

Afdeling Keel-, Neus- en Oorheelkunde

De afdeling KNO van het Radboudumc biedt patiëntenzorg op het gebied van oorchirurgie, neus- en aangezichtschirurgie en hoofd-halschirurgie. Daarnaast doen we wetenschappelijk onderzoek en geven we onderwijs aan studenten Geneeskunde en KNO-artsen in opleiding.

lees meer

Links

Meer informatie voor kinderen vindt u bij de Moebius Stichting. Volwassenen kunnen terecht bij Stichting Eigen Gezicht.

Statische behandelingen


Gewichtje bovenste ooglid Statische correctie

Een van de meest uitgevoerde ingrepen bij een aangezichtsverlamming is het plaatsen van een gewichtje in het bovenste ooglid. lees meer

Gewichtje bovenste ooglid Statische correctie

Een van de meest uitgevoerde ingrepen bij een aangezichtsverlamming is het plaatsen van een gewichtje in het bovenste ooglid. Door de verlamming van de aangezichtszenuw kan het oog niet meer (volledig) sluiten. Wanneer het oog open blijft staan is het hoornvlies kwetsbaar voor uitdroging. Dat kan tot ernstige beschadiging leiden. Door het plaatsen van een gewichtje wordt het ooglid zwaarder en sluit het makkelijker. Het gewichtje moet dus zwaar genoeg zijn om het ooglid te laten sluiten, maar niet te zwaar zodat het heffende spiertje het ooglid niet meer kan openen. Daarom is het belangrijk dat eerst poliklinisch het precieze gewicht wordt bepaald van het gewichtje. Implantatie gebeurt onder plaatselijke verdoving via een sneetje dat precies in de plooi van het ooglid ligt.


Onderste ooglid­ophanging Statische correctie

Het onderste ooglid kan bij een aangezichtsverlamming gaan hangen. Bij deze ingreep trekken we het onderste ooglid weer strak tegen het oog aan. lees meer

Wenkbrauwlift Statische correctie

Er zijn vele manieren om de wenkbrauw te liften. De keuze voor een bepaalde techniek wordt onder andere bepaald door de ernst van de verlamming. lees meer

Wenkbrauwlift Statische correctie

De spier die de wenkbrauw heft, wordt ook aangestuurd door de aangezichtszenuw. Bij een verlamming staat de wenkbrauw meestal lager aan de aangedane zijde. Dit kan leiden tot een zichtbeperking doordat de wenkbrauw over het ooglid heen hangt.

Directe wenkbrauwlift

Bij een directe wenkbrauwlift wordt een ellipsvormig stuk huid direct boven de wenkbrauw verwijderd waardoor de wenkbrauw wordt opgetrokken. Dit is een kleine, eenvoudige ingreep onder lokale verdoving waarmee snel resultaat wordt bereikt. Maar na verloop van tijd zakt de wenkbrauw meestal weer iets. De ingreep kan worden herhaald en het litteken ligt meestal op een gunstige plek, vlak boven de wenkbrauw. Het litteken kan ook in de haargrens worden verborgen. Vervolgens kan de wenkbrauw direct met blijvende onderhuidse hechtingen in een hogere positie worden opgetrokken.

Wenkbrauwlift via bovenooglid

Via het sneetje in het bovenooglid, dat gemaakt wordt om een gewichtje te plaatsen, kan de wenkbrauw losgemaakt en met hechtingen iets hoger weer vastgezet worden. De wenkbrauw groeit dan in deze iets hogere positie weer vast. Deze techniek is minder geschikt als de wenkbrauw fors hoger geplaatst moet worden. De ingreep wordt onder lokale verdoving uitgevoerd.

Endoscopische wenkbrauwlift

Bij een endoscopische wenkbrauwlift wordt zowel de wenkbrauw (of beide wenkbrauwen) alshet voorhoofd gelift. U krijgt drie sneetjes net achter de haargrens ter hoogte van het voorhoofd en één sneetje aan beide kanten in de behaarde slaapstreek. Op die manier kan de huid van het hele voorhoofd worden losgemaakt samen met de wenkbrauw. Vervolgens wordt de totale voorhoofdshuid meer naar boven verplaatst en in een nieuwe positie op het bot geplakt of gehecht. Zo kan een groter resultaat worden bereikt. Maar het zorgt niet voor meer beweeglijkheid. Een endoscopische wenkbrauwlift wordt in principe onder narcose uitgevoerd.


Liften van de mondhoek Statische correctie

Een afhangende mondhoek kunnen we behandelen door het verwijderen van een ellipsvorming stuk huid in de plooi van neus naar mondhoek. lees meer

Liften van de mondhoek Statische correctie

Een afhangende mondhoek kan worden opgetrokken door het verwijderen van een ellipsvormig stuk huid in de plooi van neus naar mondhoek (naso-labiaal plooi). Dit is een kleine ingreep onder lokale verdoving. Nadeel van deze ingreep is dat de huid na verloop van tijd weer slapper wordt en het bereikte resultaat weer iets afneemt. Een meer blijvend effect wordt bereikt door stuk eigen peesweefsel uit het bovenbeen, bij de mondhoek vast te hechten op de spierlaag en het andere uiteinde onder spanning vast te zetten op de jukboog naast het oog. Op die manier wordt de mondhoek in een blijvend hogere positie gebracht.

Wanneer alle spieren in het gelaat gaan hangen kan ook de hele onderhuidse laag (waarin de spieren zich bevinden) door middel van een facelift worden opgetrokken. Deze laatste twee ingrepen worden meestal onder narcose uitgevoerd.
 

Verwijden van de neusopening Statische correctie

Sommige patiënten met een aangezichtsverlamming hebben last van neusobstructieklachten aan de aangedane zijde. Met behulp van een kleine ingreep kunnen we dit oplossen. lees meer

Verwijden van de neusopening Statische correctie

Sommige patiënten met een aangezichtsverlamming hebben last van neusobstructieklachten aan de aangedane zijde. Dit komt doordat de spiertjes die helpen de neus goed open te houden niet goed meer functioneren. Dit probleem is te verhelpen door een kleine ingreep waarbij met een hechtdraad de neus aan de aangedane zijde permanent iets open getrokken wordt.

Dynamische behandelingen


Zenuw­transplantatie Dynamische correctie

Het doel van zenuwtransplantaties is om een nog functionerende zenuw aan te sluiten op de uitgevallen aangezichtszenuw en zo de nog aanwezige functionele aangezichtsspieren aan te sturen. lees meer

Zenuw­transplantatie Dynamische correctie

Het doel van zenuwtransplantaties is om een nog functionerende zenuw aan te sluiten op de uitgevallen aangezichtszenuw en zo de nog aanwezige functionele aangezichtsspieren aan te sturen. Helaas is deze methode meestal niet meer mogelijk na meer dan 1,5 jaar na de uitval.

Cross facial nerve graft

Bij deze ingreep wordt een gevoelszenuw van de huid, bij voorkeur van uw enkel, weggehaald. Deze sluiten we vervolgens aan op één van de takken van de goed functionerende aangezichtszenuw aan de gezonde gelaatshelft. Hiervoor wordt een tak gekozen die weinig invloed heeft op de beweeglijkheid van de gezonde zijde. Via de bovenlip leiden we deze zenuw naar de andere kant. Hier sluiten we hem aan op een aantal takken van de aangedane aangezichtszenuw. Meestal kiezen we de takken die naar de mondhoek lopen. De zenuwuiteinden van de gezonde zijde moeten daarna uitgroeien via de getransplanteerde zenuw in de zenuwtakken aan de aangedane zijde. Een zenuw herstelt met de snelheid van één mm per dag. Daardoor duurt het een langere periode, soms een jaar, voordat u effect merkt. Om tot het beste resultaat te komen, schrijven wij u mimetherapie (uitgevoerd door een fysiotherapeut of logopedist) voor. Hierbij oefent u intensief de bewegingen van de aangezichtsspieren aan de aangedane gelaatshelft. Voor deze ingreep brengen we een snee aan langs en achter allebei uw oren en bij uw enkel. De ingreep wordt onder algehele narcose uitgevoerd.

Nervus Massetericus - Nervus Facialis Jump

Bij deze ingreep maken we een directe verbinding tussen de zenuw van één van de kauwspieren (nervus massetericus) en de aangedane aangezichtszenuw (nervus facilais). We zoeken de kauwspierzenus en de aangezichtszenus eerst op. Vervolgens sluiten we de takken van de aangezichtszenuw die naar de mondhoek lopen aan op de kauwspierzenuw. Om tot het beste resultaat te komen, schrijven wij u mimetherapie voor. Daar leert u door aanspanning van de kauwspier ook de spieren rond de mond te laten bewegen. Met deze ingreep kunt u uw mondhoek weer beter bewegen. Voor deze ingreep brengen we een snee aan langs en achter uw oor. De ingreep wordt onder algehele narcose uitgevoerd.

Nervus Hypoglossus - Nervus Facialis Jump

Bij deze ingreep gebruiken we een gevoelszenuw uit uw lichaam als transplantaat tussen de tongzenus (nervus hypoglossus) en de aangedane aangezichtszenus (nervus facialis). Deze zenus halen we meestal uit de hals en soms uit de enkel. Vervolgens sluiten we deze aan de tongzenus via een inkeping. Het andere einde van de gevoelszenus komt op de aangezichtszenus die vertakt naar uw voorhoofd, oog en mond. De tongzenuw wordt maar voor een deel gebruikt, zodat u de tong ook gewoon nog kunt bewegen. Om tot het beste resultaat te komen, schrijven wij u mimetherapie voor.Hier leert u dat als u uw tong beweegt, uw gezicht dat ook doet.  Na verloop van tijd hoeft u dit niet meer bewust te doen en gaat het min of meer vanzelf. Met deze ingreep kunt u weer beter bewegen en onstaat er rust in uw aangedane gelaatshelft. Voor deze ingreep brengen we een snee aan onder uw kaakhoek in een huidlijn in de hals. De ingreep wordt onder algehele narcose uitgevoerd.


Vrije spier­transplantatie Dynamische correctie

Wanneer u geen gebruik meer kunt maken van bestaande aangezichtsspieren, kunnen we een spier uit een ander gedeelte in uw lichaam gebruiken. Vaak gebruiken we de slanke dijbeenspier. lees meer

Vrije spier­transplantatie Dynamische correctie

Soms kan er geen gebruik meer worden gemaakt van bestaande aangezichtsspieren. Dat kan komen doordat ze niet zijn aangelegd bij geboorte of doordat ze verschrompeld zijn. Dit vanwege een te lang bestaande uitval van de aangezichtszenuw. In dat geval kunnen we de aangedane gelaatshelft reconstrueren met een verplaatsing (transplantatie) van een gezonde spier van ergens anders in het lichaam. Voor deze methode gebruiken we meestal de slanke dijbeenspier (musculus gracilis). We kunnen ook andere spieren gebruiken, als dat nodig is.

Afhankelijk van verschillende factoren (zoals conditie en leeftijd van de patiënt, enkel- of dubbelzijdigheid van de aangezichtsverlamming) wordt er gekozen om de dijbeenspier aan te sluiten op de kauwspierzenuw aan de kant van de verlamming (één operatie nodig) of op de gezonde aangezichtszenuw aan de andere kant (twee operaties nodig).

Spier aansluiten aan kauwspierzenus aan de kant van de verlamming

In dit geval verwijderen we een deel van de slanke dijbeenspier (musculus gracilis) met zijn aan- en afvoerend bloedvat en aansturende zenuw. Vervolgens sluiten we de bloedvaten aan op bloedvaten in het aangezicht. Het uiteinde van de zenuw wordt aangesloten op een van de zenuwtakken van de kauwspierzenuw (nervus massetericus). De spier wordt vervolgens geplaatst tussen het jukbeen en de mondhoek. De zenuwvezels groeien vanuit de kauwspierzenuw direct in de dijbeenspier. We voeren de ingreep uit via een snee voor het oor en een snee aan de binnenkant van het dijbeen. De ingreep gebeurt onder algehele narcose.

Spier aansluiten aan de gezonde aangezichtszenuw

Als de dijbeenspier wordt aangesloten op de gezonde aangezichtszenuw, dan leiden we tijdens de eerste operatie een gevoelszenuw van de gezonde gezichtshelft naar de aangedane gezichtshelft.

Hierna wacht u 6 tot 9 maanden totdat zenuwvezels van de gezonde zijde via het transplantaat naar de andere kant zijn gegroeid. Wanneer dat het geval is, volgt de tweede operatie. Daarbij verwijderen we de dijbeenspier deels en sluiten we deze aan, zoals eerder beschreven. Bij deze tweede operatie maken we een snee langs en achter het oor en aan de binnenkant van het dijbeen.

Om ervoor te zorgen dat we tot het beste resultaat komen, verwijzen we u door voor mimetherapie. Als de dijbeenspier wordt aangesloten op de zenuwtak van de kauwspier leert u door aanspanning van de kauwspierzenuw mondhoek te bewegen. Als de dijbeenspier wordt aangesloten op een Cross facial nerve graft leert u om de aangedane mondhoek te bewegen via de niet-aangedane zijde. Beide ingrepen gebeuren onder algehele narcose.


Musculus Temporalis transpositie Dynamische correctie

De musculus temporalis is een kauwspier die van de zijkant van de schedel naar de onderkaak loopt. Een deel van deze spier kan verplaatst worden naar het aangezicht. lees meer

Musculus Temporalis transpositie Dynamische correctie

De musculus temporalis is een kauwspier die van de zijkant van de schedel naar de onderkaak loopt. Een deel van deze spier kan verplaatst worden naar het aangezicht. Het middengedeelte van de spier kan van de schedel worden losgemaakt en over de jukboog omgeklapt worden naar de mondhoek. Daar wordt de spier vastgemaakt aan de spieren rond de mond. Ook kan de spier met een stukje bot van het uitsteeksel van de onderkaak worden losgemaakt. Vervolgens wordt de spier verlengd met een stuk pees uit het bovenbeen om vast te kunnen zetten aan de spieren rondom de mondhoek. Na de operatie leert u de mondhoek te bewegen door de kauwspier aan te spannen. De ingreep gebeurt onder algehele narcose.


Decompressie van de aangezichts­zenuw

Wanneer blijkt bij een Electroneurografie dat de zenuw minder dan 10% functioneert vergeleken met de gezonde zijde, dan kan operatieve decompressie worden overwogen. lees meer

Decompressie van de aangezichts­zenuw

In geval van een complete aangezichtsverlamming dient een Electroneurografie te worden uitgevoerd na 3 – 12 dagen. Wanneer de zenuw bij dat onderzoek minder dan 10% functioneert vergeleken met de gezonde zijde, dan kan operatieve decompressie worden overwogen. Dit is zelden nodig bij een Bellse verlamming, hoewel het zinvol kan zijn bjj het Ramsay Hunt Syndrome (aangezichtsverlamming ten gevolge van een herpes virus) of in geval van trauma (= beschadiging van de zenuw door bijvoorbeeld een ongeval, schedelbasisfractuur, of (neuro)chirurgisch ingrijpen). In geval van decompressie bestaat er een tijds”venster” waarin dit het beste kan gebeuren, varierend tussen 2 en 4 weken. Zie hiervoor het expertisecentrum schedelbasispathologie.

Onze mensen

  • Medewerkers
  • Intranet