Adviezen bij rugklachten
Adviezen bij rugklachten:
- Lang op bed liggen, helpt niet. Doe dat alleen als uw dokter of uw fysiotherapeut zeggen dat u dit moet doen.
- Loop regelmatige kleine stukjes. Dit zorgt voor een goede doorbloeding van uw rug. U voorkomt ook dat u stijf wordt of minder makkelijk kunt lopen.
- Buk niet voorover! Moet u iets van de grond oprapen? Doe dit dan met een holle rug en buig zo goed mogelijk in de heupen en knieën.
- Zit zo weinig mogelijk. Moet u zitten, kies dan een stevige rechte stoel en gebruik een zogenaamde lumbale rol in uw onderrug. Die rol kunt u maken door een handdoek op te vouwen. Wanneer u opstaat, schuif dan eerst zoveel mogelijk naar voren en sta dan pas op.
- Ga niet op zachte stoelen en lage dikke kussens zitten.
- Voelt u dat u rust nodig heeft, ga dan op bed liggen met een kussen onder uw knieën. Dit is beter dan zitten. Als u ligt, is er geen druk op uw lendenwervels.
- Heeft u een acute fase van rugpijn? Til niets. Zelfs lichte voorwerpen kunnen te veel druk op uw wervels geven. Vraag hulp aan anderen bij het verplaatsen van voorwerpen.
- Moet u niezen of hoesten? Ga dan staan en leun met u rug iets achterover en plaats uw handen op uw rug. Ga niet zitten als u moet hoesten en buk niet voorover.
Oefeningen
Uw fysiotherapeut kan u adviseren om een aantal van de volgende oefeningen uit te voeren.
- U ligt op uw rug. Buig uw knieën en trek ze met beide handen 1 voor 1 rustig naar uw borst. Houd deze positie even vast en laat uw benen rustig weer zakken.
- Bekkenkantelen: probeer uw buikspieren aan te spannen en zo uw onderrug plat tegen het bed te drukken. Ontspan uw buik en laat de rug weer hol trekken.
- Buig uw knieën en beweeg ze tegelijkertijd langzaam van links naar rechts. Laat uw bovenlichaam rustig liggen met uw rug op de onderlaag.
Stel de fysiotherapeut of afdelingsarts op de hoogte als de klachten toenemen of als u uitvalsverschijnselen in uw benen krijgt. Mochten de rugklachten enkele weken na de opname nog niet zijn afgenomen, neem dan contact op met uw huisarts.