Leefregels na de behandeling


Patiëntenzorg Behandelingen Radioembolisatie van de lever

Wat is een radioembolisatie van de lever?

Radioembolisatie is een vorm van inwendige bestraling. Deze behandeling wordt ook wel selectieve interne radiatie (SIRT) genoemd.

lees meer

Wat is een radioembolisatie van de lever?

Radioembolisatie is een vorm van inwendige bestraling. Deze behandeling wordt ook wel selectieve interne radiatie (SIRT) genoemd. Het is een relatief nieuwe behandeling voor patiënten met leverkanker of uitzaaiingen in de lever (levermetastasen). Tijdens de procedure worden radioactieve bolletjes in de leverslagader gespoten, die vastlopen in de bloedvaten rond levertumoren. In de dagen na de behandeling worden de tumoren hierdoor bestraald. De behandeling is beschikbaar voor patiënten die niet meer geopereerd kunnen worden en niet meer reageren op chemotherapie, of vanwege bijwerkingen daarmee moeten stoppen. Radioembolisatie is dus een palliatieve behandeling: het doel is het remmen van de ziekte en/of het verminderen of voorkomen van klachten.

Wie komen voor deze behandeling in aanmerking?

In Nederland komen patiënten met het primaire leverkanker (HCC, hepatocellulair carcinoom) en met levermetastasen van kanker van de dikke darm (coloncarcinoom) of kanker van de endeldarm (rectumcarcinoom) in aanmerking. Hierbij is het belangrijk dat er geen operatieve mogelijkheden zijn en dat er geen reactie meer is of is te verwachten op chemotherapie. Tevens komen patiënten in aanmerking die allergisch blijken te zijn voor chemotherapie.
Een belangrijke voorwaarde voor behandeling met radioembolisatie is dat de lever nog redelijk goed functioneert. Ook mogen er geen andere uitzaaiingen in het lichaam aanwezig zijn.

Voor wetenschappelijk onderzoek komen soms ook andere patiëntengroepen in aanmerking voor radioembolisatie, zoals patiënten met levermetastasen van een melanoom, borstkanker of een neuro-endocriene tumor. Het is afhankelijk van de studies die lopen of dit zo is, informeer bij uw behandelend arts naar de mogelijkheden.


Contact

Over de behandeling


Voor de behandeling

Voor deze behandeling is veel voorbereiding nodig. Er zijn een aantal zaken die van te voren met u besproken moeten zijn.

lees meer

Voor de behandeling

Voor deze behandeling is veel voorbereiding nodig. Er zijn een aantal zaken die van te
voren met u besproken moeten zijn.

Medicatie

Het is erg belangrijk dat uw behandelend arts op de hoogte is van de medicijnen
die u gebruikt. Dit geldt voornamelijk voor bloedverdunnende medicijnen (bloedverdunners, maar ook Aspirine valt hier onder), daarnaast zijn ook tabletten voor de behandeling van suikerziekte
(Metformine) van belang. Bespreek met uw arts alle medicijnen die u
gebruikt, zodat het duidelijk is of u deze kunt blijven gebruiken voor het onderzoek.

Contrastvloeistof

U krijgt voor het onderzoek een jodiumhoudend contrastmiddel toegediend in een bloedvat.
Het contrastmiddel wordt later door de nieren weer uitgescheiden.
Een zeldzame bijwerking van dit contrastmiddel is het optreden van nierschade.
Het risico op het ontstaan van nierschade is vooral aanwezig bij patiënten met reeds verminderde nierfunctie en bij mensen die te weinig drinken.
Door goed te drinken voor en na het onderzoek met dit contrastmiddel kan deze nierschade voorkomen worden.
Het advies is om goed te drinken, bij voorkeur 2 liter per dag, en voldoende zout te gebruiken (eventueel door het drinken van een extra kop bouillon).
Dit moet u doen
- op de dag voorafgaand aan het onderzoek
- in de 24 uur na het onderzoek.
Op de dag van het onderzoek hoeft u vóór het onderzoek niet extra te drinken.
Indien u een vochtbeperking heeft dan moet u contact op te nemen met uw behandelend arts.
Indien er vlak vóór het onderzoek verandering in uw gezondheidstoestand ontstaat waarbij u veel vocht verliest door bijvoorbeeld ernstige diarree, braken, of hoge koorts moet u contact opnemen met uw behandelend arts of met de afdeling radiologie en nucleaire geneeskunde.
Voordat het contrastmiddel kan worden toegediend verzoeken wij u thuis alvast deze controlelijst af te drukken en in te vullen. Heeft u geen printer, bekijkt u dan toch de vragen. Het kan zijn dat u ons vooraf moet bellen of dat u niet zelf kunt deelnemen aan het verkeer na het onderzoek.

Slechte nierfunctie

Is uw nierfunctie 30% of lager dan is het belangrijk om dit te melden bij uw arts. Bij een (te) slechte
nierfunctie moeten er extra voorbereidende maatregelen genomen worden.

Nuchter

Voorafgaand aan het onderzoek moet u minimaal 6 uur nuchter zijn. Indien een
maaltijd gebakken of vet voedsel/vlees bevat moet een periode van 8 uur aangehouden
worden. Nuchter betekent: niet eten, niet drinken en niet roken.
Tot twee uur voor het onderzoek mag u nog wél heldere vloeistof drinken, bijvoorbeeld
koffie/thee (zonder melk), sap zonder pulp, water of aanmaaklimonade.

Vervoer

Het is belangrijk dat u vervoer regelt voor de terugreis; het is niet toegestaan om zelf naar huis te rijden.


Tijdens de behandeling

De gehele behandeling bestaat uit 2 fasen: de voorbereidende fase en de behandelfase.

lees meer

Tijdens de behandeling

De gehele behandeling bestaat uit 2 fasen: de voorbereidende fase en de behandelfase.
Beide fasen vinden plaats op de Interventieradiologie van de afdeling Radiologie & Nucleaire Geneeskunde.
De tijd tussen de 2 fasen is meestal 2 weken.
Bij leverkanker (hepatocellulair carcinoom ofwel HCC) kan de behandelfase 2 keer moeten plaatsvinden. Er is dan een behandelfase van de linkerzijde van de lever en een behandelfase van de rechterzijde van de lever.
Het kan bij dit type leverkanker te riskant zijn om de gehele lever in 1 keer te behandelen.
De behandeling wordt uitgevoerd door de interventieradioloog. De nucleair geneeskundige is aanwezig tijdens de behandeling en is verantwoordelijk voor de radioactieve stoffen.

1. De voorbereidende fase

In de voorbereidende fase wordt een onderzoek naar de bloedvaten gedaan (de medische term hiervoor is angiografie). Daarbij worden aftakkingen van de leverslagader die niet naar de lever gaan dichtgemaakt met zogenoemde coils. Dat zijn kleine opkrullende draadjes. Zo wordt ervoor gezorgd dat er één weg naar de lever ontstaat. Vervolgens wordt een kleine hoeveelheid radioactief eiwit ingespoten. Daarmee wordt de echte behandeling als het ware nagebootst.

Op de dag van de voorbereidende fase wordt u opgenomen op de dagunit van de afdeling Radiologie, u meldt zich bij route 780. Vanaf de dagunit wordt u in een OK-jasje naar de angiokamer van de Interventieradiologie gebracht. De angiokamer lijkt op een operatiekamer. U ligt bijvoorbeeld ook op een OK-tafel en de medewerkers dragen blauwe OK-kleding en steriele schorten. Een belangrijk verschil is dat u niet onder narcose wordt gebracht. Verder hangt er een camera boven uw buik. Daarmee kan de interventieradioloog foto’s maken tijdens de procedure.
Aan het begin van het onderzoek naar de bloedvaten (de angiografie) krijgt u met een spuitje een plaatselijke verdoving in de lies.
Daarna brengt de interventieradioloog een buisje in de slagader in de lies. Via dit buisje kan de radioloog vervolgens andere draden en buisjes in de bloedvaten brengen. Daarmee kan de leverslagader worden bereikt. Aan het einde van het onderzoek krijgt u een kleine hoeveelheid radioactief testmiddel toegediend. Deze lichte radioactiviteit heeft geen invloed op uw lichaam en/of tumor. Met dit testmiddel kan de arts voorspellen waar de bolletjes naar toe gaan als deze ingespoten zouden worden tijdens de werkelijke behandeling.
Behalve de verdovingsprik in de lies, is de procedure pijnloos. U bent gedurende de hele procedure wakker. Na afloop van de angiografie wordt het buisje uit de lies verwijderd. Hierna wordt uw lies afgesloten met een plugje. Het plugje sluit het gaatje in de slagader af en lost vanzelf op. Het plaatsen van het plugje kan wat gevoelig zijn (ongeveer 15 seconden). Eventueel krijgt u een drukverband in de lies om een nabloeding te voorkomen. U moet nog enkele uren plat blijven liggen en u mag het been in die tijd niet buigen.

Wij brengen u naar de afdeling nucleaire geneeskunde voor een nucleaire scan (SPECT/CT-scan).
De verdeling van het testmiddel in de lever kan nu worden beoordeeld. Het is belangrijk dat er géén testmiddel buiten de lever zit. Dat betekent namelijk dat alle aftakkingen van de leverslagader goed dicht zijn gemaakt en weten we dat we de bolletjes veilig toe kunnen dienen tijdens de behandelfase.
Deze nucleaire scan wordt beoordeeld door de nucleair geneeskundige.
PET/CT-scannerAfbeelding: PET/CT-scanner

U wordt na de SPECT/CT-scan teruggebracht naar de dagunit, waar u nog bedrust heeft tot de 4 uur voorbij zijn. Als u dat wilt, kunt u een maaltijd krijgen.
Wanneer bij de laatste controle aan het einde van de 4 uur bedrust blijkt dat alles in orde is, mag u naar huis.

2. De behandelfase

Twee weken na de voorbereidende fase vindt de behandelfase plaats. De voorbereidingen voor de behandelfase zijn hetzelfde als de voorbereidingen voor de 1e fase.
De behandelfase is korter, omdat er geen bloedvaten meer dichtgemaakt hoeven worden en er geen nucleaire scan nodig is.
Voor deze behandelfase wordt u opgenomen op de dagunit van Radiologie en gaat u weer naar de angiokamer. Na de angiografie spuit de interventieradioloog nu de radioactieve bolletjes in.
Vervolgens wordt het buisje uit de lies verwijderd. Hierna wordt uw lies afgesloten met een plugje. Het plugje sluit het gaatje in de slagader af en lost vanzelf op. Het plaatsen van het plugje kan wat gevoelig zijn (ongeveer 15 seconden).
Eventueel krijgt u een drukverband in de lies om een nabloeding te voorkomen. U moet nog enkele uren plat blijven liggen en u mag het been in die tijd niet buigen. Wij brengen u naar de afdeling nucleaire geneeskunde voor een nucleaire scan (dit keer een PET/CT-scan) om te controleren of de radioactieve bolletjes op de juiste plek zitten.  Hierna brengen wij u weer terug naar de dagunit, waar u nog bedrust heeft tot de 4 uur voorbij zijn. Als u dat wilt, kunt u een maaltijd krijgen.
Wanneer bij de laatste controle aan het einde van de 4 uur bedrust blijkt dat alles in orde is, mag u naar huis.


Na de behandeling Welke bijwerkingen zijn er?

Direct na de behandeling kunt u last krijgen van bijwerkingen.

lees meer

Na de behandeling Welke bijwerkingen zijn er?

U mag na de behandeling in principe dezelfde dag naar huis. Wel is dit afhankelijk van hoe het met u gaat. 
Eenmaal thuis pakken de meeste patiënten snel hun normale dagelijkse activiteiten op.

Bijwerkingen radioembolisatie

Radioembolisatie heeft meestal weinig bijwerkingen. De meeste patiënten ervaren na de behandeling:

  • een zeurend gevoel in de bovenbuik
  • misselijkheid
  • vermoeidheid

Vaak is dat na een paar dagen na de behandeling verdwenen.

Post-embolisatiesyndroom

Sommige patiënten hebben meer last van bijwerkingen doordat ze het post-embolisatiesyndroom ontwikkelen. Dat geeft de volgende klachten:

  • buikpijn
  • lichte koorts
  • vermoeidheid
  • misselijkheid
  • een daling van het aantal witte bloedlichaampjes

Deze bijwerkingen zijn meestal tijdelijk. De koorts duurt hoogstens een week. De vermoeidheid kan enkele weken aanhouden. De misselijkheid en buikpijn zijn met medicijnen te behandelen.

Wanneer contact opnemen met uw arts

Heeft u last van een bijwerking? Neem dan contact op met uw behandelend arts of verpleegkundige of met de physician assistant. De physician assistant kunt u bereiken via het secretariaat Interventieradiologie, telefoonnnummer: 024-3616655.
Bijwerkingen zijn zelden levensbedreigend. Toch is het belangrijk om uw arts zo snel mogelijk op de hoogte te brengen van ongewenste reacties. Uw arts kan u misschien geneesmiddelen voorschrijven om uw klachten te verlichten.

Controle

2 weken na de behandeling heeft u een telefonisch controleafspraak met de interventieradioloog.
6 weken na de behandeling komt u poliklinisch op controle bij de interventieradioloog. Zijn de controles goed, dan wordt het behandeltraject vervolgd bij uw behandelend arts.


Leefregels na de behandeling

Bij ontslag is er radioactief yttrium-90 of holmium-166 in uw lichaam aanwezig. U kunt uw omgeving in lichte mate aan straling blootstellen. U wordt geadviseerd de volgende leefregels op te volgen.

lees meer

Onderzoek Allergie contrastvloeistof

Op de afdeling Radiologie maken we gebruik van contrastvloeistof, om betere opnamen te kunnen maken. Als u allergisch bent voor deze contrastvloeistof, nemen we voorzorgsmaatregelen. lees meer

Zwanger of borstvoeding? Laat het ons weten!

Bij radionuclidentherapie krijgt u een behandeling met straling. Deze behandeling is niet veilig voor uw baby. U kunt deze behandeling dus niet krijgen als u zwanger bent. Geeft u borstvoeding? Dan moet u hiermee stoppen voor de behandeling. Overleg met uw arts wanneer u moet beginnen met afbouwen.

Meer informatie


Afspraak maken

Uw behandelend arts vraagt uw onderzoek aan. U ontvangt een oproep.

lees meer

Afspraak maken

Uw behandelend arts vraagt uw onderzoek of behandeling bij ons aan. U ontvangt van ons een oproep.
Moet uw onderzoek of behandeling binnen 15 weken plaatsvinden, dan ontvangt u de oproep zo snel mogelijk.
Heeft u met uw arts afgesproken dat het (controle-)onderzoek pas over een paar maanden gaat plaatsvinden, dan ontvangt u de oproep ongeveer 15 weken voor het onderzoek, niet eerder.

Het is belangrijk dat u op tijd aanwezig bent, omdat anders het onderzoek niet kan doorgaan. Als u op de afgesproken tijd verhinderd bent, neem dan zo snel mogelijk contact met ons op. Belt u dan tijdens kantooruren van 8.30-17.00 uur met de afdeling Radiologie telefoonnummer (024) 361 45 29. We maken dan, als dat mogelijk is, meteen een nieuwe afspraak.
 


Naar uw afspraak adres en route

Ingang: Hoofdingang
Gebouw: D
Verdieping: 0
Route: 780

bekijk route

Naar uw afspraak adres en route

Bezoekadres

Radboudumc hoofdingang
Geert Grooteplein Zuid 10
6525 GA Nijmegen

LET OP:

Meldt u zich 10 minuten voor het afgesproken tijdstip bij de balie van de afdeling Radiologie, route 780. De afdeling is ± 10 minuten lopen vanaf de hoofdingang van het ziekenhuis. U kunt ook gebruik maken van een golfkar.
Als met u is afgesproken dat u voor een onderzoek/behandeling eerst moet worden opgenomen, dan meldt u zich niet bij route 780. Meldt u zich dan bij de verpleegafdeling waar u wordt opgenomen.

Routebeschrijving

Reis naar Geert Grooteplein Zuid 10
Ga naar binnen bij: Hoofdingang
Ga naar Gebouw D, Verdieping 0 en volg route 780

Radiologie

Bij Radiologie gebruiken we beeldvormende technieken om ziektes of aandoeningen te onderzoeken. De bekendste technieken zijn röntgenonderzoek, echografie, CT en MRI. 

lees meer

Verhinderd? Neem contact met ons op!

Uw behandelend arts vraagt uw onderzoek aan. U ontvangt een oproep. Het is belangrijk dat u op tijd aanwezig bent, omdat anders het onderzoek niet kan doorgaan. lees meer

Verhinderd? Neem contact met ons op!

Uw behandelend arts vraagt uw onderzoek aan. U ontvangt een oproep. Het is belangrijk dat u op tijd aanwezig bent, omdat anders het onderzoek niet kan doorgaan. Als u op de afgesproken tijd verhinderd bent, neem dan zo snel mogelijk contact op met de afdeling Radiologie. We maken dan, als dat mogelijk is, meteen een nieuwe afspraak.
  • Medewerkers
  • Intranet