Wat is een pylorushypertrofie?
Een pylorushypertrofie is een verdikking van de spier bij de uitgang van de maag. Door deze verdikking gaat de voeding moeilijker van de maag naar de twaalfvingerige darm. Hierdoor gaat uw kind spugen.
lees meerWat is een pylorushypertrofie?
Een pylorushypertrofie is een verdikking van de spier bij de uitgang van de maag. Door deze verdikking gaat de voeding moeilijker van de maag naar de twaalfvingerige darm. De voeding kan er niet of nauwelijks meer door en stapelt zich op in de maag. Hierdoor gaat uw kind spugen. Men weet niet wat de oorzaak is van het verdikken van deze spier. Wel komt het vaker voor bij jongens dan bij meisjes. En in sommige seizoenen (voor- en najaar) ook vaker.
Symptomen
De symptomen van een pylorushypertrofie uiten zich meestal als uw kind tussen de 2 en 6 weken oud is. Uw kind kan last krijgen van:
- Bij iedere voeding spugen, meestal explosief met een boog.
- Uw baby is erg hongerig en groeit niet of onvoldoende. Soms kan dit zelfs tot uitdroging leiden, waardoor uw kind weinig plast of huilt zonder tranen. De tong kan droog zijn.
- Soms kunt u de darmen in de bovenbuik van uw kind zien bewegen. We noemen dit ook wel peristaltiek. Dit komt doordat de maag sterk samenknijpt.
- Uw baby is vaak erg gespannen en heeft een zorgelijk uiterlijk.
Onderzoek
Om vast te stellen of uw kind een pylorushypertrofie heeft, doen we meerdere onderzoeken. Met een echo kijken we of uw kind een verdikking van de spier heeft. Ander beeldvormend onderzoek is meestal niet nodig. Ook nemen we bloed af om te onderzoeken of het vele spugen de water- en zouthuishouding in het bloed heeft verstoord.

Behandeling Anesthesie bij kinderen
Als uw kind een behandeling of onderzoek onder anesthesie krijgt is het belangrijk om hem/haar goed voor te bereiden.
lees meerDe behandeling
Tijdens een operatie kunnen we de verdikking van de spier behandelen. Daarbij legt de arts de spierlaag van de maaguitgangsspier open. Dit gebeurt meestal met een kijkoperatie en soms via een sneetje aan de bovenkant van de navel.
lees meerDe behandeling
Als we denken dat uw kind pylorushypertrofie heeft, stoppen we als eerste met het voeden van uw kind. Uw kind krijgt via de neus een slangetje in de maag. Dit slangetje zuigt de maag leeg. Hierdoor hoeft uw kind niet meer te spugen en zo kan de voeding niet in de longen terechtkomen. Uw kind krijgt een infuus zodat hij of zij genoeg vocht krijgt en de water- en zouthuishouding weer in balans komt. Dit moet in balans zijn om ademhalingsproblemen te voorkomen na de algehele narcose. Het tijdstip van de operatie is daarom onder andere afhankelijk van de bloeduitslagen.
Met een operatie onder algehele narcose kunnen we de verdikking van de spier behandelen. Daarbij legt de arts de spierlaag van de maaguitgangsspier open. Dit gebeurt meestal met een kijkoperatie en soms via een sneetje aan de bovenkant van de navel. De slijmvlieslaag blijft intact. Hierdoor ontstaat in de binnenkant meer ruimte, zodat voedsel weer vanuit de maag naar de dunne darm kan doorstromen. Het buikwondje sluiten we met oplosbare hechtingen. Op het wondje komt een pleister.
Uw kind krijgt eenmalig antibiotica om een wondinfectie te voorkomen.
Na de behandeling
Na de operatie gaat uw kind naar de uitslaapkamer. Het infuus blijft nog even zitten om ervoor te zorgen dat uw kind voldoende vocht binnenkrijgt. Als uw kind de voeding volledig verdraagt mag het infuus eruit. De eerste 5 dagen mag uw kind niet te lang in bad. Douchen mag wel.
lees meerNa de behandeling
Na de operatie gaat uw kind naar de uitslaapkamer. Daar kunnen we uw kind extra in de gaten houden tot hij of zij goed wakker is. Daarna mag uw kind terug naar de verpleegafdeling van het Amalia kinderziekenhuis. Het slangetje in de neus van uw kind is dan meestal al verwijderd. De eerste fles (meestal met water) krijgt uw kind vaak al op de uitslaapkamer. Het infuus blijft nog even zitten om ervoor te zorgen dat uw kind voldoende vocht binnenkrijgt. Als uw kind de voeding volledig verdraagt mag het infuus eruit. De pleister op de wond laten we meestal zitten en valt er vaak vanzelf af.
Om te voorkomen dat het wondje week wordt, mag uw kind de eerste 5 dagen na de operatie niet lang in bad. U mag uw kind wel afspoelen onder de douche. Na de operatie krijgt uw kind de eerste 24 uur pijnmedicatie. Daarna alleen als hij of zij pijn heeft.
Mogelijke complicaties
- De meest voorkomende complicatie is dat uw kind na de behandeling nog spuugt. Dit kan komen door vochtophoping rondom de maagspier. Hierdoor is de doorgang naar de darmen nog niet helemaal open. Dit spugen kan ook voorkomen bij baby’s die voor de operatie al langere tijd hebben gespuugd. Bij deze baby’s geven we de voeding minder snel en/of in kleinere porties. Als uw kind na de operatie nog spuugt betekent dat dus niet dat de operatie is mislukt. Vooral wanneer uw kind ook al een tijd voor het ontstaan van de klachten spuugde.
- Bij de operatie kan de slijmvlieslaag open gaan. Dit noemen we perforatie. Over het algemeen ziet de chirurg dit tijdens de operatie en kan dit meteen gesloten worden. Na de operatie moeten we het voedingsbeleid mogelijk aanpassen. Mocht de perforatie pas na de operatie ontdekt worden, dan moeten we uw kind opnieuw met spoed opereren om te voorkomen dat maagsappen naar de buikholte lekken.
- Een andere mogelijke complicatie is het infecteren van het wondje.
- Na de operatie kan soms een verdikking of een bloeduitstorting bij de wondjes ontstaan. Dit verdwijnt meestal vanzelf na een paar dagen.
Meer informatie
Kinderchirurgie Amalia kinderziekenhuis
Kinderchirurgie bestaat uit bijzondere kinderchirurgie en algemene chirurgie bij kinderen
lees meer