Wat is/doet een ICD?

ICD is de afkorting van Implanteerbare Cardioverter Defibrillator. De ICD functioneert als een bewaker van het hartritme en beëindigt ritmestoornissen.
Het apparaat wordt geïmplanteerd direct onder het sleutelbeen onder de huid, of in sommige gevallen één laag dieper onder de borstspier. Vanaf het apparaat lopen geleidingsdraden (elektroden of leads) naar het hart. De ICD kan op verschillende manieren werken.

Hartslag te laag

De ICD heeft een pacemakerfunctie. Als het hartritme onder het ingestelde aantal slagen per minuut komt, prikkelt de pacemakerfunctie uw hart. De cardioloog bepaalt hoe de pacemakerfunctie bij u wordt ingesteld.

Hartslag te snel

Als de ICD waarneemt dat uw hartslag boven een ingestelde grens komt, beoordeelt de ICD of er sprake is van een gevaarlijke ritmestoornis. In dat geval probeert de ICD de ritmestoornis op te heffen door het toedienen van een snelle reeks pace-pulsjes in uw hart. Hier voelt u meestal weinig tot niets van. Als het nodig is herhaalt de ICD dit een aantal keer totdat de ritmestoornis stopt.
Lukt dit niet, dan geeft de ICD een elektrische stroomstoot af. Deze stroomstoot noemen we  een ‘shock’. Het voelt aan als een harde slag of stoot midden op de borst en/of tussen de schouderbladen.
 
Houd er rekening mee dat deze shock onprettig aanvoelt als u deze bij vol bewustzijn meemaakt. Maar zeer waarschijnlijk bent u op dat moment (nagenoeg) buiten kennis geraakt. Als uw hartritme weer normaal is, gaat de ICD terug in zijn passieve rol; namelijk het bewaken van uw hartritme.

Levensbedreigende ritmestoornis

Als acuut een levensbedreigende, heel snelle, kamerritmestoornis ontstaat, grijpt de ICD meteen in door het afgeven van een elektrische shock. Dit proces van registratie tot de daadwerkelijke shock duurt slechts enkele seconden.

Onterechte shock

Helaas komt het voor dat de ICD een shock afgeeft terwijl dit niet nodig is. Dit kan gebeuren bij ritmestoornissen die niet uit de hartkamer komen, maar wel zo snel zijn dat de ICD een shock toedient. Om te voorkomen dat dit nogmaals voorkomt, past de cardioloog de instellingen van de ICD en/of de medicijnen aan. Dit onderwerp heeft de volle aandacht van alle ICD-fabrikanten en hulpverleners die verantwoordelijk zijn voor de instellingen van de ICD.

Locatie van de ICD

De ICD plaatsen we in principe aan de linkerzijde onder het sleutelbeen. Daarvoor maakt de arts een snede van 7 tot 8 centimeter in de huid.


Wat is/doet een ICD?

ICD is de afkorting van Implanteerbare Cardioverter Defibrillator. De ICD functioneert als een bewaker van het hartritme en beëindigt ritmestoornissen. lees meer

Contact

Polikliniek Cardiologie

(024) 361 93 50

De behandeling


Pacemaker of ICD in het Radboudumc


Voor de behandeling

Voorafgaand aan de implantatie ontvangt u, samen met uw partner of familielid, een uitnodiging voor een informatief gesprek met de hartstimulatiespecialist van het Radboudumc. lees meer

Voor de behandeling

Voorafgaand aan de implantatie ontvangt u, samen met uw partner of familielid, een uitnodiging voor een informatief gesprek met de hartstimulatiespecialist van het Radboudumc. De hartstimulatiespecialist vertelt u meer over de ICD, de gang van zaken rondom de implantatie en de periode hierna. U hebt tijdens het gesprek ruimschoots de gelegenheid om vragen te stellen of aanvulling te vragen op de informatie die u tot dan toe heeft gekregen.
 


Tijdens de behandeling

De ingreep vindt plaats op de Hartkatheterisatiekamer en duurt ongeveer 2 uur. Een ICD-implantatie gebeurt meestal onder plaatselijke verdoving. lees meer

Tijdens de behandeling

Een ICD-implantatie gebeurt meestal onder plaatselijke verdoving en soms onder algehele narcose. De arts bespreekt met u wat in uw geval het beste is. Voor de ICD wordt onder de huid een holte gemaakt. Via een ader onder het sleutelbeen plaatst de arts dan één of twee elektrodes naar het hart. De elektrodes worden aangesloten op de ICD en de wond wordt weer gesloten.

Opnameverloop

U kunt u zich op de afgesproken dag en tijd melden op de verpleegafdeling die u heeft doorgekregen.
Het tijdstip van aanmelden is niet per se het tijdstip van behandeling. De behandeling vindt in de loop van de dag plaats.

Wat neemt u mee voor de opname?

  • alle medicijnen die u gebruikt in de originele verpakking en een recent medicatieoverzicht
  • bedkleding en pantoffels/slippers
  • toiletartikelen
  • draagt u een kunstgebit, dan kunt u deze inhouden tijdens de ingreep (dit geldt niet als de implantatie onder narcose plaatsvindt) 

Meer informatie over uw opname in het Radboudumc
U hebt een opnamegesprek met een verpleegkundige en/of zaalarts waarin u informatie ontvangt over de opname en over de gang van zaken gedurende de opname. Als de ingreep in de ochtend plaatsvindt, moet u vanaf 24.00 uur nuchter blijven.
‘Nuchter’ zijn betekent dat u niets meer mag eten of drinken voorafgaand aan de operatie. U krijgt een infuusnaaldje waardoor u antibiotica krijgt toegediend. Ook krijgt u voor de ingreep antibiotica. Na de voorbereiding op de verpleegafdeling of dagbehandeling brengen we u in een bed naar de behandelkamer van de afdeling Hartkatheterisatie.

De ingreep

De ingreep vindt plaats op de afdeling Hartkatheterisatie en duurt ongeveer 2 uur. In de behandelkamer stapt u over op een behandeltafel, waar u nogmaals een korte uitleg krijgt over wat er precies gaat gebeuren. Daarna krijgt u een steriel laken over u heen en wordt het operatiegebied plaatselijk verdoofd. Tijdens de implantatie kunt u gewoon praten en aangeven hoe u zich voelt. De implantatie wordt over het algemeen goed verdragen, maar kan ondanks een uitgebreide plaatselijke verdoving soms toch pijnlijk zijn. Als u dit wilt, kunt u tijdens de behandeling een sterkere pijnstiller krijgen via het infuus.

Terug op de afdeling

Via het infuusnaaldje krijgt u indien nodig pijnstilling om zo weinig mogelijk pijn van de wond te hebben. Ook wordt u aangesloten aan de telemetrie om uw hartritme in de gaten te houden. Als het nodig is, krijgt u een ice-pack om de zwelling van de wond te verminderen. U kunt na verloop van tijd weer over de afdeling lopen. Het is verstandig om na de ingreep een uur bedrust te houden.

Na de implantatie

Voordat u naar huis gaat, meestal aan het einde van de middag, controleert de hartstimulatiespecialist nogmaals uw ICD. U hebt ook nog de gelegenheid om vragen te stellen. Vervolgens maken we ter controle een röntgenfoto van uw hart en longen. U ontvangt tevens de data van de vervolgafspraken. Het Pacemaker/ICD pasje ontvangt u tijdens de controle op de Pacemakerspolikliniek. 

Naar huis

Bij ontslag uit het ziekenhuis krijgt u de volgende afspraken:

  • na 2 maanden: ICD controle op de Pacemaker/ICD polikliniek
  • na 2 tot 3 maanden: controle door de cardioloog
  • als het nodig is, kunt u aangemeld worden voor hartrevalidatie

Na de behandeling

Via het infuusnaaldje krijgt u indien nodig pijnstilling om zo weinig mogelijk pijn van de wond te hebben. Het is verstandig om na de ingreep een uur bedrust te houden. lees meer

Na de behandeling

Terug op de afdeling

Via het infuusnaaldje krijgt u indien nodig pijnstilling om zo weinig mogelijk pijn van de wond te hebben. Ook wordt u aangesloten aan de telemetrie om uw hartritme in de gaten te houden. Als het nodig is, krijgt u een ice-pack om de zwelling van de wond te verminderen. U kunt na verloop van tijd weer over de afdeling lopen. Het is verstandig om na de ingreep een uur bedrust te houden.

Na de implantatie

Voordat u naar huis gaat, meestal aan het einde van de middag, controleert de hartstimulatiespecialist nogmaals uw ICD. U hebt ook nog de gelegenheid om vragen te stellen. Vervolgens maken we ter controle een röntgenfoto van uw hart en longen. U ontvangt tevens de data van de vervolgafspraken. Het Pacemaker/ICD pasje ontvangt u tijdens de controle op de Pacemakerspolikliniek. 

Naar huis

Bij ontslag uit het ziekenhuis krijgt u de volgende afspraken:

  • na 2 maanden: ICD controle op de Pacemaker/ICD polikliniek
  • na 2 tot 3 maanden: controle door de cardioloog
  • als het nodig is, kunt u aangemeld worden voor hartrevalidatie

Complicaties en risico’s

Behandeling brengt altijd een risico met zich mee. Uiteraard probeert uw behandelend arts om complicaties te voorkomen, maar er bestaat een zeer kleine kans dat de volgende complicaties optreden. lees meer

Complicaties en risico’s

Behandeling brengt altijd een risico met zich mee. Uiteraard probeert uw behandelend arts om complicaties te voorkomen, maar er bestaat een zeer kleine kans dat de volgende complicaties optreden:

Bloeduitstorting/nabloeding

Bij het maken van de ruimte onder de huid, de zogenaamde ‘pocket’ waar de ICD geplaatst wordt, kunnen bloedvaatjes geraakt worden waardoor een bloeduitstorting ontstaat. Deze verdwijnt meestal vanzelf na enkele dagen. Als dit optreedt, krijgt u gedurende een aantal uren een drukverband op de wond. De artsen en de verpleegkundigen van de afdeling houden dit dan nauwkeurig in de gaten.

Infectie van de wond

De behandeling wordt steriel uitgevoerd om infecties te voorkomen. Toch bestaat er een kleine kans op infectie van de wond. Om dit te voorkomen, krijgt u voor en na de implantatie antibiotica toegediend.

Klaplong

Voor het plaatsen van de elektroden van de ICD in het hart moet de arts een ader aanprikken.
Het kan voorkomen dat het longvlies hierbij per ongeluk wordt geraakt, waardoor een (gedeeltelijke) klaplong ontstaat. Dit is een zeldzame complicatie. Om te controleren of hiervan sprake is, wordt de dag na de ingreep een hart-long röntgenfoto gemaakt. Als het nodig is, wordt de lucht weggezogen.

Tamponade

Tijdens het inbrengen van de elektroden van de ICD in het hart kan de arts per ongeluk door de hartkamerwand heen prikken. Daardoor stroomt er bloed via het gaatje in het hartzakje (pericard), waardoor het hart minder goed kan pompen. Dit wordt tamponade genoemd, een zeer zeldzame complicatie die behandeld kan worden door een punctie, waarbij het bloed via een holle naald weer wordt afgevoerd.


Aandachts­punten voor thuis

Houd rekening met een aantal zaken als u weer thuis bent. Zo mag u uw elleboog 6-8 weken niet boven uw schouder bewegen. lees meer

Aandachts­punten voor thuis

  • De elleboog van uw arm aan de implantatiezijde mag de eerste 6-8 weken niet hoger dan uw schouder komen.
  • Gedurende de eerste dagen na de operatie voelt uw schouder nog pijnlijk aan. U mag hiervoor de voorgeschreven pijnstillers gebruiken.
  • Zorg ervoor dat iemand u met de auto naar huis vervoert. U mag zelf geen vervoermiddel besturen. U kunt wel met een taxi of openbaar vervoer naar huis.
  • Zorg dat er thuis iemand bereikbaar is om u te helpen bij eventuele problemen.
  • De elektrode moet zich in het hart verankeren. Daarom is het raadzaam om uw linkerarm te ontzien. Zorg dat u uw arm niet overstrekt en niet te zwaar tilt.
  • U mag niet van onder de oksels omhoog worden getild. Dit is om de draden van de elektroden geen trekbelasting te geven en de wond goed te laten genezen.
  • De pleister kunt u na 2 dagen (48 uur) verwijderen.
  • U mag de eerste 2 dagen na implantatie niet douchen. Daarna mag u de wond afspoelen met water.
  • Bij verdenking op ontsteking van de wond moet u altijd contact opnemen met het ziekenhuis.
  • Een ontsteking kunt u herkennen aan: toegenomen pijn, opgezette, warme huid, rode rand om de plaats van de ICD en eventueel koorts.
  • Het Pacemaker/ICD-pasje moet u altijd bij u dragen voor het geval u (met spoed) in een ander ziekenhuis wordt opgenomen.

Behandeling Anesthesie

Als u naar het Radboudumc komt voor een operatie dan krijgt u te maken met anesthesie (verdoving of narcose). Ook voor andere ingrepen, zoals een behandeling of onderzoek, is anesthesie soms nodig. Anesthesie zorgt ervoor dat u tijdens de behandeling geen pijn heeft.

lees meer

Wat te doen bij shock, piep- of trilsignalen?

Een ICD-shock wordt door de meeste mensen gevoeld als een harde slag of stoot midden op de borst en/of tussen de schouderbladen. Als de ICD een shock heeft afgegeven, hoeft u daarvoor meestal niet meteen met spoed naar het ziekenhuis.

lees meer

Wat te doen bij shock, piep- of trilsignalen?

Een ICD-shock wordt door de meeste mensen gevoeld als een harde slag of stoot midden op de borst en/of tussen de schouderbladen. Als de ICD een shock heeft afgegeven, hoeft u daarvoor meestal niet meteen met spoed naar het ziekenhuis. Het apparaat heeft immers gedaan wat het moest doen. Als uw ICD afgaat op het moment dat iemand u vasthoudt of aanraakt, is dit niet gevaarlijk voor deze persoon. Hij of zij ervaart mogelijk wel een lichte prikkeling.

Wanneer de ICD een shock geeft, moeten u, uw partner of iemand anders in uw omgeving het volgende doen:

Bij één shock

Wanneer één shock is opgetreden en u voelt zich goed, neem dan tijdens kantooruren (8.30-16.30 uur) contact op met het de Pacemaker/ICD polikliniek: (024) 361 93 50 en buiten kantooruren met de eerste harthulp:(024) 361 41 87 voor overleg om naar het ziekenhuis te komen.
De hartstimulatiespecialist kan dan het geheugen uitlezen en zien hoe de ICD gereageerd heeft. Aan de hand van deze gegevens bepaalt hij of zij of de ICD terecht of onterecht heeft ingegrepen. Als het nodig is, worden de instellingen meteen gewijzigd. Het is ook mogelijk dat in overleg met de arts uw medicijnen worden aangepast.

In het telefoongesprek geeft u aan:

  • wanneer u de shock heeft gekregen
  • wat u voor de shock aan het doen was
  • of u ook klachten had voor de shock
  • hoe u zich na de shock voelde

De arts bespreekt dan met u hoe te handelen.

Na enkele minuten nog steeds klachten

Als u enkele minuten na de shock (nog steeds) last heeft van pijn op de
borst, kortademigheid of duizeligheid, bel dan direct 112.

Bij 2 of meer shocks achter elkaar

Bij méér dan één shock op een dag belt u direct 112 zodat u naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis wordt gebracht.

In het schema staat alles nog eens samengevat:
 

Situatie Actie Telefoon-
nummer
Piep of trilsignalen uit ICD
 
 
Neem contact op met het Hartcentrum
In het weekend, ’s avond en ‘s nachts:
Tijdens kantooruren (8:30-16:30):
 
(024) 36 166 69

(024) 361 93 50
Een shock en verder geen klachten meer Neem contact op met het Hartcentrum
In het weekend, ’s avond en ‘s nachts:
Tijdens kantooruren (8:30-16:30):
 
(024) 36 166 69

(024) 361 93 50
Indien enkele minuten na de shock nog steeds lichamelijke klachten,
(Duizeligheid,hartkloppingen,
flauwvallen)
Of u denkt dat de ritmestoornis niet is gestopt.
 
Bel  112 112
Bij twee of meerdere( aanhoudende) shocks en/of lichamelijke klachten Bel 112 112
Bij angst of paniek Neem contact op met het Hartcentrum
In het weekend, ’s avond en ‘s nachts:
Tijdens kantooruren (8:30-16:30):
Samen met u wordt  bepaalt welke actie ondernomen moet worden.
 
(024) 36 166 69


(024) 361 93 50
 
 
Overige vragen Telefonisch contact via het hartcentrum tijdens kantooruren:
Via “mijn Radboud”
Of stelt u uw vragen tijdens uw bezoek aan de polikliniek bij de cardioloog of Pacemaker/ICD controle

(024) 361 93 50

 
 


Controle

Ieder half jaar komt u naar de polikliniek. We kijken hoe het met u gaat en controleren de ICD. lees meer

Controle

Ieder half jaar wordt de ICD gecontroleerd door de hartstimulatiespecialist van de Pacemaker/ICD polikliniek van het Radboudumc. Tijdens deze controle wordt de kwaliteit van de batterij, de elektrode(s) en de elektronica nagekeken. Verder wordt het geheugen van de ICD uitgelezen en nagekeken op ritmestoornissen.
Ook de ICD zelf voert dagelijks automatisch metingen uit om de eigen functie te testen. Dit gebeurt ´s nachts en u voelt hier niets van. Als één van de metingen geen goed resultaat oplevert, geeft de ICD afhankelijk van het merk een piep- of trilsignaal af. Dit is duidelijk hoor- of voelbaar.
Het is belangrijk dat u dan contact met de Pacemaker/ICD polikliniek opneemt zodat de arts of verpleegkundige kan bepalen wat er aan de hand is. De hartstimulatiespecialist informeert u hierover.

Controles via Home-monitoring

 Het is mogelijk dat we u een Home-monitor aanbieden. Dit vervangt één van de halfjaarlijkse controles in het ziekenhuis door een controle op afstand. Wij noemen dat een virtuele controle. In dat geval krijgt u apparatuur mee ter grootte van een wekkerradio. Dit apparaatje heeft een eigen internetkaart en stuurt de gegevens uit de ICD naar het ziekenhuis. De hartstimulatiespecialist beoordeelt deze gegevens.


Levensduur van de ICD

De levensduur van de ICD ligt tussen 5 en 10 jaar, afhankelijk van de instellingen en hoe vaak de ICD moet ingrijpen. lees meer

Levensduur van de ICD

De levensduur van de ICD ligt tussen 5 en 10 jaar, afhankelijk van de instellingen en hoe vaak de ICD moet ingrijpen. De ICD houdt dag en nacht uw hartritme in de gaten en verbruikt dus altijd stroom. Na verloop van enige jaren zal bij de controles van de ICD blijken dat de batterij van de ICD leeg begint te raken. We verwisselen de ICD in een vroeg stadium. Hiervoor is een kleine ingreep nodig waarbij alleen het ICD-apparaat via een snede in de huid wordt vervangen. Als de elektrodes goed functioneren, hoeven deze niet vervangen te worden. Meestal is hiervoor een dagopname voldoende.
 

Leven met een ICD


Medicijnen

Het is belangrijk dat u zich realiseert dat de ICD niets verandert aan de toestand van uw hart. lees meer

Medicijnen

Het is belangrijk dat u zich realiseert dat de ICD niets verandert aan de toestand van uw hart. Het apparaatje kan niet voorkomen dat er gevaarlijke hartritmestoornissen optreden, maar kan deze wel zo snel mogelijk weer beëindigen.
Aanvullende behandeling met medicijnen blijft vaak noodzakelijk. Bij het ontslag krijgt u te horen welke medicijnen u blijft gebruiken of gaat gebruiken.

Reanimatie

Dragers van een ICD kunnen, net als ieder ander, gereanimeerd worden. Dit komt bijna nooit voor aangezien de ICD over het algemeen na één shock het ritme weer op orde heeft. lees meer

Reanimatie

Dragers van een ICD kunnen, net als ieder ander, gereanimeerd worden. Dit komt bijna nooit voor aangezien de ICD over het algemeen na één shock het ritme weer op orde heeft. Als de patiënt toch, ondanks één of meerdere shocks, na één minuut nog buiten bewustzijn is, bel dan 112 en start met reanimeren. Er kan ook iets anders aan de hand zijn dan een hartritmestoornis.
 


Het rijbewijs

Uw rijbewijs in zijn huidige vorm is na implantatie van een ICD ongeldig. lees meer

Het rijbewijs

Uw rijbewijs in zijn huidige vorm is na implantatie van een ICD ongeldig. U mag volgens de wet dus geen voertuig besturen. Wanneer de controles goed zijn, mag u een nieuw rijbewijs aanvragen. Afhankelijk van de reden waarom u een ICD heeft gekregen, is de termijn 2 weken of 2 maanden. Aan het nieuwe rijbewijs wordt code 100 of code 101 toegevoegd. U komt dan alleen in aanmerking voor rijbewijscategorie A, B en B+E (privégebruik).
Het formulier met de doktersverklaring ontvangt u tijdens controle op de pacemakerpolikliniek. De gezondheidsverklaring die het CBR nodig heeft, kunt u downloaden via het CBR of aanschaffen via uw eigen gemeente.

Informatie over de procedure kunt u vinden op: Ook de hartstimulatiespecialist kan u hierover meer vertellen.

Elektrische apparatuur

U kunt elektrische toestellen, huishoud- en kantoorapparatuur en gereedschappen gewoon blijven bedienen, als deze goede onderhouden zijn en een goede ‘aarding’ hebben. Houd afstand elektrische of magnetische velden; hier is uw ICD gevoelig voor. lees meer

Elektrische apparatuur

U kunt elektrische toestellen, huishoud- en kantoorapparatuur en gereedschappen gewoon blijven bedienen, als deze goede onderhouden zijn en een goede ‘aarding’ hebben.

Elektrische of magnetische velden

Uw ICD is gevoelig voor elektrische of magnetische velden. Over het algemeen wordt de werking van uw ICD hierdoor maar tijdelijk beïnvloed. Zodra u meer afstand neemt van het elektrische of magnetische veld, gaat de ICD weer normaal functioneren.
 
Houd tenminste 30 centimeter afstand tussen uw ICD en de volgende bronnen van elektrische of magnetische velden:

  • snoerloze elektrische gereedschappen met batterijvoeding, zoals schroevendraaiers, boormachines en dergelijke.

De volgende apparaten zijn krachtiger. Houd daarom minimaal 90 cm afstand of kom helemaal niet in de buurt van:

  • krachtige magneten, zoals magneten die voor industriële toepassingen worden gebruikt
  • motoren met een zeer hoog vermogen
  • zendantennes en hoogspanningskabels
  • machines voor industrieel gebruik (krachtstroomgeneratoren)

Buig u niet over draaiende elektromotoren zoals de wisselstroomdynamo van een auto, omdat deze apparaten vaak magneten bevatten.


Luchthavenpoortjes en telefoons

Poortjes voor luchthaven- en diefstalbeveiliging zijn veilig als u er in een normaal tempo doorheen loopt. Voor het gebruik van uw mobiele telefoon gelden bepaalde richtlijnen lees meer

Luchthavenpoortjes en telefoons

Poortjes voor luchthaven- en diefstalbeveiliging

Poortjes voor luchthaven- en diefstalbeveiliging zijn veilig als u er in een normaal tempo doorheen loopt. Blijf nooit lang in de nabijheid van deze poortjes stilstaan. Ook de handbediende detectiestaven die op luchthavens worden gebruikt mogen niet langdurig bij uw ICD worden gehouden. Als u uw ICD-pasje aan het beveiligingspersoneel laat zien zullen zij u handmatig controleren.

Mobiele telefoons

Neem de volgende punten in acht:
  • Houd tenminste 20 centimeter afstand tussen de mobiele telefoon en uw ICD.
  • Houd de telefoon in uw zak of tas aan de andere kant van uw lichaam als waar de ICD is geïmplanteerd.
  • Draag de mobiele telefoon niet in uw borstzakje.
Deze voorschriften gelden alleen voor mobiele telefoons en niet voor de draadloze huistelefoon.

Vakantie en sport

Als u op vakantie gaat naar het buitenland, bereidt u zich dan voor op eventuele problemen met uw ICD. lees meer

Vakantie en sport

Als u op vakantie gaat naar het buitenland, bereidt u zich dan voor op eventuele problemen met uw ICD.
Noteer het adres van het dichtstbijzijnde ziekenhuis op uw vakantiebestemming, dat ervaring heeft met uw merk ICD. Deze adressen kunt u vinden op de internetsite van de firma van uw ICD. Ook via de website van patiëntenvereniging STIN vindt u links naar de betreffende internetsites. Lukt het u niet, neem dan contact met ons op.

Sport

Overleg met uw arts wanneer u weer wilt gaan sporten. Bespreek de mogelijkheden voor het beoefenen van contactsporten met een ICD.


Patiënten­vereniging STIN

De patiëntenvereniging STIN heeft een internetsite waar u adressen kunt opzoeken van ziekenhuizen in uw vakantiegebied die bekend zijn met uw ICD. Ook bieden zij brieven in verschillende talen aan waarop staat dat u een ICD draagt. lees meer

Patiënten­vereniging STIN

De patiëntenvereniging STIN heeft een internetsite waar u adressen kunt opzoeken van ziekenhuizen in uw vakantiegebied die bekend zijn met uw ICD. Ook bieden zij brieven in verschillende talen aan waarop staat dat u een ICD draagt.
Bij het STIN zijn zogenaamde regiovertegenwoordigers werkzaam. Het secretariaat van het STIN kan u met hen in contact brengen. De regiovertegenwoordiger kan onder andere bemiddelen bij het leggen van contacten met andere ICD- dragers. U kunt lid worden van de stichting en zij geven een maandblad uit waar u zich op kunt abonneren.

ICD en overlijden

Als duidelijk is dat het levenseinde nadert, is het mogelijk om de ICD uit te zetten om eventuele ongewenste en pijnlijke shocks te voorkomen. lees meer

ICD en overlijden

Als duidelijk is dat het levenseinde nadert, is het mogelijk om de ICD uit te zetten om eventuele ongewenste en pijnlijke shocks te voorkomen. De pacemakerfunctie blijft daarbij wel aan. Voor het uitzetten van de ICD zijn richtlijnen opgesteld. Meer informatie hierover vindt u op de website van patiëntenvereniging STIN.

Meer informatie


Hartritme­stoornissen

Het normale hartritme kan als gevolg van ziekte of veroudering worden verstoord. U kan last hebben van een trage, onregelmatige of te snelle hartslag. lees meer

Naar uw afspraak adres en route

Ingang: Hoofdingang
Gebouw: C
Verdieping: 0
Route: 725

bekijk route

Naar uw afspraak adres en route

Bezoekadres

Cardiologie
Radboudumc hoofdingang
Geert Grooteplein Zuid 10
6525 GA Nijmegen

Huispostnummer: 616

Routebeschrijving

Reis naar Geert Grooteplein Zuid 10
Ga naar binnen bij: Hoofdingang
Ga naar Gebouw C, Verdieping 0 en volg route 725 (Cardiologie)

Verpleeg­afdeling Hart, Vaat en Long C4

Op de verpleegafdeling Hart, Vaat en Long (C4) werken de volgende specialismen nauw met elkaar samen: Cardiologie, Cardio-thoracale Chirurgie, Longziekten en Heelkunde.

lees meer
  • Medewerkers
  • Intranet